Vervoeging van oprotten
Onbepaalde wijs (infinitief): oprotten
Er is helaas geen Duitse vertaling gevonden.
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik rot op
- jij rot op
- hij/zij/het rot op
- wij rotten op
- jullie rotten op
- zij rotten op
Onvoltooid verleden tijd
- ik rotte op
- jij rotte op
- hij/zij/het rotte op
- wij rotten op
- jullie rotten op
- zij rotten op
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik ben opgerot
- jij bent opgerot
- hij/zij/het is opgerot
- wij zijn opgerot
- jullie zijn opgerot
- zij zijn opgerot
Voltooid verleden tijd
- ik was opgerot
- jij was opgerot
- hij/zij/het was opgerot
- wij waren opgerot
- jullie waren opgerot
- zij waren opgerot
Toekomende tijd I
- ik zal oprotten
- jij zult oprotten
- hij/zij/het zal oprotten
- wij zullen oprotten
- jullie zullen oprotten
- zij zullen oprotten
Toekomende tijd II
- ik zal opgerot zijn
- jij zult opgerot zijn
- hij/zij/het zal opgerot zijn
- wij zullen opgerot zijn
- jullie zullen opgerot zijn
- zij zullen opgerot zijn
Conditionalis I
- ik zou oprotten
- jij zou oprotten
- hij/zij/het zou oprotten
- wij zouden oprotten
- jullie zouden oprotten
- zij zouden oprotten
Conditionalis II
- ik zou zijn opgerot
- jij zou zijn opgerot
- hij/zij/het zou zijn opgerot
- wij zouden zijn opgerot
- jullie zouden zijn opgerot
- zij zouden zijn opgerot
Imperatief
- jij rot op
- jullie rot op