Vervoeging van opzuipen
Onbepaalde wijs (infinitief): opzuipen
Er is helaas geen Spaanse vertaling gevonden.
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik zuip op
- jij zuipt op
- hij/zij/het zuipt op
- wij zuipen op
- jullie zuipen op
- zij zuipen op
Onvoltooid verleden tijd
- ik zoop op
- jij zoop op
- hij/zij/het zoop op
- wij zopen op
- jullie zopen op
- zij zopen op
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik heb opgezopen
- jij hebt opgezopen
- hij/zij/het heeft opgezopen
- wij hebben opgezopen
- jullie hebben opgezopen
- zij hebben opgezopen
Voltooid verleden tijd
- ik had opgezopen
- jij had opgezopen
- hij/zij/het had opgezopen
- wij hadden opgezopen
- jullie hadden opgezopen
- zij hadden opgezopen
Toekomende tijd I
- ik zal opzuipen
- jij zult opzuipen
- hij/zij/het zal opzuipen
- wij zullen opzuipen
- jullie zullen opzuipen
- zij zullen opzuipen
Toekomende tijd II
- ik zal opgezopen hebben
- jij zult opgezopen hebben
- hij/zij/het zal opgezopen hebben
- wij zullen opgezopen hebben
- jullie zullen opgezopen hebben
- zij zullen opgezopen hebben
Conditionalis I
- ik zou opzuipen
- jij zou opzuipen
- hij/zij/het zou opzuipen
- wij zouden opzuipen
- jullie zouden opzuipen
- zij zouden opzuipen
Conditionalis II
- ik zou hebben opgezopen
- jij zou hebben opgezopen
- hij/zij/het zou hebben opgezopen
- wij zouden hebben opgezopen
- jullie zouden hebben opgezopen
- zij zouden hebben opgezopen
Imperatief
- jij zuip op
- jullie zuipt op