Vervoeging van rondsnuffelen
Onbepaalde wijs (infinitief): rondsnuffelen
Er is helaas geen Italiaanse vertaling gevonden.
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik snuffel rond
- jij snuffelt rond
- hij/zij/het snuffelt rond
- wij snuffelen rond
- jullie snuffelen rond
- zij snuffelen rond
Onvoltooid verleden tijd
- ik snuffelde rond
- jij snuffelde rond
- hij/zij/het snuffelde rond
- wij snuffelden rond
- jullie snuffelden rond
- zij snuffelden rond
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik heb rondgesnuffeld
- jij hebt rondgesnuffeld
- hij/zij/het heeft rondgesnuffeld
- wij hebben rondgesnuffeld
- jullie hebben rondgesnuffeld
- zij hebben rondgesnuffeld
Voltooid verleden tijd
- ik had rondgesnuffeld
- jij had rondgesnuffeld
- hij/zij/het had rondgesnuffeld
- wij hadden rondgesnuffeld
- jullie hadden rondgesnuffeld
- zij hadden rondgesnuffeld
Toekomende tijd I
- ik zal rondsnuffelen
- jij zult rondsnuffelen
- hij/zij/het zal rondsnuffelen
- wij zullen rondsnuffelen
- jullie zullen rondsnuffelen
- zij zullen rondsnuffelen
Toekomende tijd II
- ik zal rondgesnuffeld hebben
- jij zult rondgesnuffeld hebben
- hij/zij/het zal rondgesnuffeld hebben
- wij zullen rondgesnuffeld hebben
- jullie zullen rondgesnuffeld hebben
- zij zullen rondgesnuffeld hebben
Conditionalis I
- ik zou rondsnuffelen
- jij zou rondsnuffelen
- hij/zij/het zou rondsnuffelen
- wij zouden rondsnuffelen
- jullie zouden rondsnuffelen
- zij zouden rondsnuffelen
Conditionalis II
- ik zou hebben rondgesnuffeld
- jij zou hebben rondgesnuffeld
- hij/zij/het zou hebben rondgesnuffeld
- wij zouden hebben rondgesnuffeld
- jullie zouden hebben rondgesnuffeld
- zij zouden hebben rondgesnuffeld
Imperatief
- jij snuffel rond
- jullie snuffelt rond