Vervoeging van schateren

Er is helaas geen Italiaanse vertaling gevonden.

  • Onvoltooid tegenwoordige tijd

    • ik schater
    • jij schatert
    • hij/zij/het schatert
    • wij schateren
    • jullie schateren
    • zij schateren
  • Onvoltooid verleden tijd

    • ik schaterde
    • jij schaterde
    • hij/zij/het schaterde
    • wij schaterden
    • jullie schaterden
    • zij schaterden
  • Voltooid tegenwoordige tijd

    • ik heb geschaterd
    • jij hebt geschaterd
    • hij/zij/het heeft geschaterd
    • wij hebben geschaterd
    • jullie hebben geschaterd
    • zij hebben geschaterd
  • Voltooid verleden tijd

    • ik had geschaterd
    • jij had geschaterd
    • hij/zij/het had geschaterd
    • wij hadden geschaterd
    • jullie hadden geschaterd
    • zij hadden geschaterd
  • Toekomende tijd I

    • ik zal schateren
    • jij zult schateren
    • hij/zij/het zal schateren
    • wij zullen schateren
    • jullie zullen schateren
    • zij zullen schateren
  • Toekomende tijd II

    • ik zal geschaterd hebben
    • jij zult geschaterd hebben
    • hij/zij/het zal geschaterd hebben
    • wij zullen geschaterd hebben
    • jullie zullen geschaterd hebben
    • zij zullen geschaterd hebben
  • Conditionalis I

    • ik zou schateren
    • jij zou schateren
    • hij/zij/het zou schateren
    • wij zouden schateren
    • jullie zouden schateren
    • zij zouden schateren
  • Conditionalis II

    • ik zou hebben geschaterd
    • jij zou hebben geschaterd
    • hij/zij/het zou hebben geschaterd
    • wij zouden hebben geschaterd
    • jullie zouden hebben geschaterd
    • zij zouden hebben geschaterd
  • Imperatief

    • jij schater
    • jullie schatert

Verwijzingen

Bekijk 1 definitie(s) van schateren