Vervoeging van terugverlangen
Onbepaalde wijs (infinitief): terugverlangen
Er is helaas geen Duitse vertaling gevonden.
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik verlang terug
- jij verlangt terug
- hij/zij/het verlangt terug
- wij verlangen terug
- jullie verlangen terug
- zij verlangen terug
Onvoltooid verleden tijd
- ik verlangde terug
- jij verlangde terug
- hij/zij/het verlangde terug
- wij verlangden terug
- jullie verlangden terug
- zij verlangden terug
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik heb teruggeverlangd
- jij hebt teruggeverlangd
- hij/zij/het heeft teruggeverlangd
- wij hebben teruggeverlangd
- jullie hebben teruggeverlangd
- zij hebben teruggeverlangd
Voltooid verleden tijd
- ik had teruggeverlangd
- jij had teruggeverlangd
- hij/zij/het had teruggeverlangd
- wij hadden teruggeverlangd
- jullie hadden teruggeverlangd
- zij hadden teruggeverlangd
Toekomende tijd I
- ik zal terugverlangen
- jij zult terugverlangen
- hij/zij/het zal terugverlangen
- wij zullen terugverlangen
- jullie zullen terugverlangen
- zij zullen terugverlangen
Toekomende tijd II
- ik zal teruggeverlangd hebben
- jij zult teruggeverlangd hebben
- hij/zij/het zal teruggeverlangd hebben
- wij zullen teruggeverlangd hebben
- jullie zullen teruggeverlangd hebben
- zij zullen teruggeverlangd hebben
Conditionalis I
- ik zou terugverlangen
- jij zou terugverlangen
- hij/zij/het zou terugverlangen
- wij zouden terugverlangen
- jullie zouden terugverlangen
- zij zouden terugverlangen
Conditionalis II
- ik zou hebben teruggeverlangd
- jij zou hebben teruggeverlangd
- hij/zij/het zou hebben teruggeverlangd
- wij zouden hebben teruggeverlangd
- jullie zouden hebben teruggeverlangd
- zij zouden hebben teruggeverlangd
Imperatief
- jij verlang terug
- jullie verlangt terug