Vervoeging van uitwasemen

Onbepaalde wijs (infinitief): uitwasemen

Vertaling: espirar

Nederlands

Spaans

Onvoltooid tegenwoordige tijd

  • hij/zij/het wasemt uit
  • zij wasemen uit

Indicativo presente

  • él/ella espira
  • ellos/ellas espiran

Onvoltooid verleden tijd

  • hij/zij/het wasemde uit
  • zij wasemden uit

Indefinido

  • él/ella espiró
  • ellos/ellas espiraron

Voltooid tegenwoordige tijd

  • hij/zij/het heeft uitgewasemd
  • zij hebben uitgewasemd

Pretérito perfecto compuesto

  • él/ella ha espirado
  • ellos/ellas han espirado

Voltooid verleden tijd

  • hij/zij/het had uitgewasemd
  • zij hadden uitgewasemd

Pluscuamperfecto

  • él/ella había espirado
  • ellos/ellas habían espirado

Toekomende tijd I

  • hij/zij/het zal uitwasemen
  • zij zult uitwasemen

Futuro I

  • él/ella espirará
  • ellos/ellas espirarán

Toekomende tijd II

  • hij/zij/het zal uitgewasemd hebben
  • zij zult uitgewasemd hebben

Futuro perfecto

  • él/ella habrá espirado
  • ellos/ellas habrán espirado

Conditionalis I

  • hij/zij/het zal uitwasemen
  • zij zullen uitwasemen

Condicional

  • él/ella espiraría
  • ellos/ellas espirarían

Conditionalis II

  • hij/zij/het zal hebben uitgewasemd
  • zij zullen hebben uitgewasemd

Condicional perfecto

  • él/ella habría espirado
  • ellos/ellas habrían espirado

Verwijzingen

Bekijk 1 definitie(s) van uitwasemen