Vervoeging van verwezen

• Onvoltooid tegenwoordige tijd

  • ik verwees
  • jij verweest
  • hij/zij/het verweest
  • wij verwezen
  • jullie verwezen
  • zij verwezen

• Onvoltooid verleden tijd

  • ik verweesde
  • jij verweesde
  • hij/zij/het verweesde
  • wij verweesden
  • jullie verweesden
  • zij verweesden

• Voltooid tegenwoordige tijd

  • ik ben verweesd
  • jij bent verweesd
  • hij/zij/het is verweesd
  • wij zijn verweesd
  • jullie zijn verweesd
  • zij zijn verweesd

• Voltooid verleden tijd

  • ik was verweesd
  • jij was verweesd
  • hij/zij/het was verweesd
  • wij waren verweesd
  • jullie waren verweesd
  • zij waren verweesd

• Toekomende tijd I

  • ik zal verwezen
  • jij zult verwezen
  • hij/zij/het zal verwezen
  • wij zullen verwezen
  • jullie zullen verwezen
  • zij zullen verwezen

• Toekomende tijd II

  • ik zal verweesd zijn
  • jij zult verweesd zijn
  • hij/zij/het zal verweesd zijn
  • wij zullen verweesd zijn
  • jullie zullen verweesd zijn
  • zij zullen verweesd zijn

• Conditionalis I

  • ik zou verwezen
  • jij zou verwezen
  • hij/zij/het zou verwezen
  • wij zouden verwezen
  • jullie zouden verwezen
  • zij zouden verwezen

• Conditionalis II

  • ik zou zijn verweesd
  • jij zou zijn verweesd
  • hij/zij/het zou zijn verweesd
  • wij zouden zijn verweesd
  • jullie zouden zijn verweesd
  • zij zouden zijn verweesd

• Imperatief

  • jij verwees
  • jullie verweest