Vervoeging van wederzien
Onbepaalde wijs (infinitief): wederzien
Er is helaas geen Spaanse vertaling gevonden.
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik zie weder
- jij ziet weder
- hij/zij/het ziet weder
- wij zien weder
- jullie zien weder
- zij zien weder
Onvoltooid verleden tijd
- ik zag weder
- jij zag weder
- hij/zij/het zag weder
- wij zagen weder
- jullie zagen weder
- zij zagen weder
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik heb wedergezien
- jij hebt wedergezien
- hij/zij/het heeft wedergezien
- wij hebben wedergezien
- jullie hebben wedergezien
- zij hebben wedergezien
Voltooid verleden tijd
- ik had wedergezien
- jij had wedergezien
- hij/zij/het had wedergezien
- wij hadden wedergezien
- jullie hadden wedergezien
- zij hadden wedergezien
Toekomende tijd I
- ik zal wederzien
- jij zult wederzien
- hij/zij/het zal wederzien
- wij zullen wederzien
- jullie zullen wederzien
- zij zullen wederzien
Toekomende tijd II
- ik zal wedergezien hebben
- jij zult wedergezien hebben
- hij/zij/het zal wedergezien hebben
- wij zullen wedergezien hebben
- jullie zullen wedergezien hebben
- zij zullen wedergezien hebben
Conditionalis I
- ik zou wederzien
- jij zou wederzien
- hij/zij/het zou wederzien
- wij zouden wederzien
- jullie zouden wederzien
- zij zouden wederzien
Conditionalis II
- ik zou hebben wedergezien
- jij zou hebben wedergezien
- hij/zij/het zou hebben wedergezien
- wij zouden hebben wedergezien
- jullie zouden hebben wedergezien
- zij zouden hebben wedergezien
Imperatief
- jij zie weder
- jullie ziet weder