Vervoeging van aanloden

Er is helaas geen Duitse vertaling gevonden.

  • Onvoltooid tegenwoordige tijd

    • ik lood aan
    • jij loodt aan
    • hij/zij/het loodt aan
    • wij loden aan
    • jullie loden aan
    • zij loden aan
  • Onvoltooid verleden tijd

    • ik loodde aan
    • jij loodde aan
    • hij/zij/het loodde aan
    • wij loodden aan
    • jullie loodden aan
    • zij loodden aan
  • Voltooid tegenwoordige tijd

    • ik heb aangelood
    • jij hebt aangelood
    • hij/zij/het heeft aangelood
    • wij hebben aangelood
    • jullie hebben aangelood
    • zij hebben aangelood
  • Voltooid verleden tijd

    • ik had aangelood
    • jij had aangelood
    • hij/zij/het had aangelood
    • wij hadden aangelood
    • jullie hadden aangelood
    • zij hadden aangelood
  • Toekomende tijd I

    • ik zal aanloden
    • jij zult aanloden
    • hij/zij/het zal aanloden
    • wij zullen aanloden
    • jullie zullen aanloden
    • zij zullen aanloden
  • Toekomende tijd II

    • ik zal aangelood hebben
    • jij zult aangelood hebben
    • hij/zij/het zal aangelood hebben
    • wij zullen aangelood hebben
    • jullie zullen aangelood hebben
    • zij zullen aangelood hebben
  • Conditionalis I

    • ik zou aanloden
    • jij zou aanloden
    • hij/zij/het zou aanloden
    • wij zouden aanloden
    • jullie zouden aanloden
    • zij zouden aanloden
  • Conditionalis II

    • ik zou hebben aangelood
    • jij zou hebben aangelood
    • hij/zij/het zou hebben aangelood
    • wij zouden hebben aangelood
    • jullie zouden hebben aangelood
    • zij zouden hebben aangelood
  • Imperatief

    • jij lood aan
    • jullie loodt aan