Vervoeging van bijgieten
Onbepaalde wijs (infinitief): bijgieten
Er is helaas geen Duitse vertaling gevonden.
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik giet bij
- jij giet bij
- hij/zij/het giet bij
- wij gieten bij
- jullie gieten bij
- zij gieten bij
Onvoltooid verleden tijd
- ik goot bij
- jij goot bij
- hij/zij/het goot bij
- wij goten bij
- jullie goten bij
- zij goten bij
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik heb bijgegoten
- jij hebt bijgegoten
- hij/zij/het heeft bijgegoten
- wij hebben bijgegoten
- jullie hebben bijgegoten
- zij hebben bijgegoten
Voltooid verleden tijd
- ik had bijgegoten
- jij had bijgegoten
- hij/zij/het had bijgegoten
- wij hadden bijgegoten
- jullie hadden bijgegoten
- zij hadden bijgegoten
Toekomende tijd I
- ik zal bijgieten
- jij zult bijgieten
- hij/zij/het zal bijgieten
- wij zullen bijgieten
- jullie zullen bijgieten
- zij zullen bijgieten
Toekomende tijd II
- ik zal bijgegoten hebben
- jij zult bijgegoten hebben
- hij/zij/het zal bijgegoten hebben
- wij zullen bijgegoten hebben
- jullie zullen bijgegoten hebben
- zij zullen bijgegoten hebben
Conditionalis I
- ik zou bijgieten
- jij zou bijgieten
- hij/zij/het zou bijgieten
- wij zouden bijgieten
- jullie zouden bijgieten
- zij zouden bijgieten
Conditionalis II
- ik zou hebben bijgegoten
- jij zou hebben bijgegoten
- hij/zij/het zou hebben bijgegoten
- wij zouden hebben bijgegoten
- jullie zouden hebben bijgegoten
- zij zouden hebben bijgegoten
Imperatief
- jij giet bij
- jullie giet bij