Vervoeging van gerieven
Onbepaalde wijs (infinitief): gerieven
Er is helaas geen Duitse vertaling gevonden.
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik gerief
- jij gerieft
- hij/zij/het gerieft
- wij gerieven
- jullie gerieven
- zij gerieven
Onvoltooid verleden tijd
- ik geriefde
- jij geriefde
- hij/zij/het geriefde
- wij geriefden
- jullie geriefden
- zij geriefden
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik heb geriefd
- jij hebt geriefd
- hij/zij/het heeft geriefd
- wij hebben geriefd
- jullie hebben geriefd
- zij hebben geriefd
Voltooid verleden tijd
- ik had geriefd
- jij had geriefd
- hij/zij/het had geriefd
- wij hadden geriefd
- jullie hadden geriefd
- zij hadden geriefd
Toekomende tijd I
- ik zal gerieven
- jij zult gerieven
- hij/zij/het zal gerieven
- wij zullen gerieven
- jullie zullen gerieven
- zij zullen gerieven
Toekomende tijd II
- ik zal geriefd hebben
- jij zult geriefd hebben
- hij/zij/het zal geriefd hebben
- wij zullen geriefd hebben
- jullie zullen geriefd hebben
- zij zullen geriefd hebben
Conditionalis I
- ik zou gerieven
- jij zou gerieven
- hij/zij/het zou gerieven
- wij zouden gerieven
- jullie zouden gerieven
- zij zouden gerieven
Conditionalis II
- ik zou hebben geriefd
- jij zou hebben geriefd
- hij/zij/het zou hebben geriefd
- wij zouden hebben geriefd
- jullie zouden hebben geriefd
- zij zouden hebben geriefd
Imperatief
- jij gerief
- jullie gerieft