Vervoeging van gloriëren
Onbepaalde wijs (infinitief): gloriëren
Er is helaas geen Duitse vertaling gevonden.
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik glorieer
- jij glorieert
- hij/zij/het glorieert
- wij gloriëren
- jullie gloriëren
- zij gloriëren
Onvoltooid verleden tijd
- ik glorieerde
- jij glorieerde
- hij/zij/het glorieerde
- wij glorieerden
- jullie glorieerden
- zij glorieerden
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik heb geglorieerd
- jij hebt geglorieerd
- hij/zij/het heeft geglorieerd
- wij hebben geglorieerd
- jullie hebben geglorieerd
- zij hebben geglorieerd
Voltooid verleden tijd
- ik had geglorieerd
- jij had geglorieerd
- hij/zij/het had geglorieerd
- wij hadden geglorieerd
- jullie hadden geglorieerd
- zij hadden geglorieerd
Toekomende tijd I
- ik zal gloriëren
- jij zult gloriëren
- hij/zij/het zal gloriëren
- wij zullen gloriëren
- jullie zullen gloriëren
- zij zullen gloriëren
Toekomende tijd II
- ik zal geglorieerd hebben
- jij zult geglorieerd hebben
- hij/zij/het zal geglorieerd hebben
- wij zullen geglorieerd hebben
- jullie zullen geglorieerd hebben
- zij zullen geglorieerd hebben
Conditionalis I
- ik zou gloriëren
- jij zou gloriëren
- hij/zij/het zou gloriëren
- wij zouden gloriëren
- jullie zouden gloriëren
- zij zouden gloriëren
Conditionalis II
- ik zou hebben geglorieerd
- jij zou hebben geglorieerd
- hij/zij/het zou hebben geglorieerd
- wij zouden hebben geglorieerd
- jullie zouden hebben geglorieerd
- zij zouden hebben geglorieerd
Imperatief
- jij glorieer
- jullie glorieert