Vervoeging van inzakken
Onbepaalde wijs (infinitief): inzakken
Er is helaas geen Duitse vertaling gevonden.
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik zak in
- jij zakt in
- hij/zij/het zakt in
- wij zakken in
- jullie zakken in
- zij zakken in
Onvoltooid verleden tijd
- ik zakte in
- jij zakte in
- hij/zij/het zakte in
- wij zakten in
- jullie zakten in
- zij zakten in
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik ben ingezakt
- jij bent ingezakt
- hij/zij/het is ingezakt
- wij zijn ingezakt
- jullie zijn ingezakt
- zij zijn ingezakt
Voltooid verleden tijd
- ik was ingezakt
- jij was ingezakt
- hij/zij/het was ingezakt
- wij waren ingezakt
- jullie waren ingezakt
- zij waren ingezakt
Toekomende tijd I
- ik zal inzakken
- jij zult inzakken
- hij/zij/het zal inzakken
- wij zullen inzakken
- jullie zullen inzakken
- zij zullen inzakken
Toekomende tijd II
- ik zal ingezakt zijn
- jij zult ingezakt zijn
- hij/zij/het zal ingezakt zijn
- wij zullen ingezakt zijn
- jullie zullen ingezakt zijn
- zij zullen ingezakt zijn
Conditionalis I
- ik zou inzakken
- jij zou inzakken
- hij/zij/het zou inzakken
- wij zouden inzakken
- jullie zouden inzakken
- zij zouden inzakken
Conditionalis II
- ik zou zijn ingezakt
- jij zou zijn ingezakt
- hij/zij/het zou zijn ingezakt
- wij zouden zijn ingezakt
- jullie zouden zijn ingezakt
- zij zouden zijn ingezakt
Imperatief
- jij zak in
- jullie zakt in