Vervoeging van meedrukken

Onbepaalde wijs (infinitief): meedrukken

Er is helaas geen Duitse vertaling gevonden.

  • Onvoltooid tegenwoordige tijd

    • ik druk mee
    • jij drukt mee
    • hij/zij/het drukt mee
    • wij drukken mee
    • jullie drukken mee
    • zij drukken mee
  • Onvoltooid verleden tijd

    • ik drukte mee
    • jij drukte mee
    • hij/zij/het drukte mee
    • wij drukten mee
    • jullie drukten mee
    • zij drukten mee
  • Voltooid tegenwoordige tijd

    • ik heb meegedrukt
    • jij hebt meegedrukt
    • hij/zij/het heeft meegedrukt
    • wij hebben meegedrukt
    • jullie hebben meegedrukt
    • zij hebben meegedrukt
  • Voltooid verleden tijd

    • ik had meegedrukt
    • jij had meegedrukt
    • hij/zij/het had meegedrukt
    • wij hadden meegedrukt
    • jullie hadden meegedrukt
    • zij hadden meegedrukt
  • Toekomende tijd I

    • ik zal meedrukken
    • jij zult meedrukken
    • hij/zij/het zal meedrukken
    • wij zullen meedrukken
    • jullie zullen meedrukken
    • zij zullen meedrukken
  • Toekomende tijd II

    • ik zal meegedrukt hebben
    • jij zult meegedrukt hebben
    • hij/zij/het zal meegedrukt hebben
    • wij zullen meegedrukt hebben
    • jullie zullen meegedrukt hebben
    • zij zullen meegedrukt hebben
  • Conditionalis I

    • ik zou meedrukken
    • jij zou meedrukken
    • hij/zij/het zou meedrukken
    • wij zouden meedrukken
    • jullie zouden meedrukken
    • zij zouden meedrukken
  • Conditionalis II

    • ik zou hebben meegedrukt
    • jij zou hebben meegedrukt
    • hij/zij/het zou hebben meegedrukt
    • wij zouden hebben meegedrukt
    • jullie zouden hebben meegedrukt
    • zij zouden hebben meegedrukt
  • Imperatief

    • jij druk mee
    • jullie drukt mee