Vervoeging van melen
Er is helaas geen Duitse vertaling gevonden.
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik meel
- jij meelt
- hij/zij/het meelt
- wij melen
- jullie melen
- zij melen
Onvoltooid verleden tijd
- ik meelde
- jij meelde
- hij/zij/het meelde
- wij meelden
- jullie meelden
- zij meelden
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik heb gemeeld
- jij hebt gemeeld
- hij/zij/het heeft gemeeld
- wij hebben gemeeld
- jullie hebben gemeeld
- zij hebben gemeeld
Voltooid verleden tijd
- ik had gemeeld
- jij had gemeeld
- hij/zij/het had gemeeld
- wij hadden gemeeld
- jullie hadden gemeeld
- zij hadden gemeeld
Toekomende tijd I
- ik zal melen
- jij zult melen
- hij/zij/het zal melen
- wij zullen melen
- jullie zullen melen
- zij zullen melen
Toekomende tijd II
- ik zal gemeeld hebben
- jij zult gemeeld hebben
- hij/zij/het zal gemeeld hebben
- wij zullen gemeeld hebben
- jullie zullen gemeeld hebben
- zij zullen gemeeld hebben
Conditionalis I
- ik zou melen
- jij zou melen
- hij/zij/het zou melen
- wij zouden melen
- jullie zouden melen
- zij zouden melen
Conditionalis II
- ik zou hebben gemeeld
- jij zou hebben gemeeld
- hij/zij/het zou hebben gemeeld
- wij zouden hebben gemeeld
- jullie zouden hebben gemeeld
- zij zouden hebben gemeeld
Imperatief
- jij meel
- jullie meelt