Vervoeging van opsnoepen

Er is helaas geen Duitse vertaling gevonden.

  • Onvoltooid tegenwoordige tijd

    • ik snoep op
    • jij snoept op
    • hij/zij/het snoept op
    • wij snoepen op
    • jullie snoepen op
    • zij snoepen op
  • Onvoltooid verleden tijd

    • ik snoepte op
    • jij snoepte op
    • hij/zij/het snoepte op
    • wij snoepten op
    • jullie snoepten op
    • zij snoepten op
  • Voltooid tegenwoordige tijd

    • ik heb opgesnoept
    • jij hebt opgesnoept
    • hij/zij/het heeft opgesnoept
    • wij hebben opgesnoept
    • jullie hebben opgesnoept
    • zij hebben opgesnoept
  • Voltooid verleden tijd

    • ik had opgesnoept
    • jij had opgesnoept
    • hij/zij/het had opgesnoept
    • wij hadden opgesnoept
    • jullie hadden opgesnoept
    • zij hadden opgesnoept
  • Toekomende tijd I

    • ik zal opsnoepen
    • jij zult opsnoepen
    • hij/zij/het zal opsnoepen
    • wij zullen opsnoepen
    • jullie zullen opsnoepen
    • zij zullen opsnoepen
  • Toekomende tijd II

    • ik zal opgesnoept hebben
    • jij zult opgesnoept hebben
    • hij/zij/het zal opgesnoept hebben
    • wij zullen opgesnoept hebben
    • jullie zullen opgesnoept hebben
    • zij zullen opgesnoept hebben
  • Conditionalis I

    • ik zou opsnoepen
    • jij zou opsnoepen
    • hij/zij/het zou opsnoepen
    • wij zouden opsnoepen
    • jullie zouden opsnoepen
    • zij zouden opsnoepen
  • Conditionalis II

    • ik zou hebben opgesnoept
    • jij zou hebben opgesnoept
    • hij/zij/het zou hebben opgesnoept
    • wij zouden hebben opgesnoept
    • jullie zouden hebben opgesnoept
    • zij zouden hebben opgesnoept
  • Imperatief

    • jij snoep op
    • jullie snoept op

Verwijzingen

Bekijk 1 definitie(s) van opsnoepen