Vervoeging van platbombarderen

• Onvoltooid tegenwoordige tijd

  • ik bombardeer plat
  • jij bombardeert plat
  • hij/zij/het bombardeert plat
  • wij bombarderen plat
  • jullie bombarderen plat
  • zij bombarderen plat

• Onvoltooid verleden tijd

  • ik bombardeerde plat
  • jij bombardeerde plat
  • hij/zij/het bombardeerde plat
  • wij bombardeerden plat
  • jullie bombardeerden plat
  • zij bombardeerden plat

• Voltooid tegenwoordige tijd

  • ik heb platgebombardeerd
  • jij hebt platgebombardeerd
  • hij/zij/het heeft platgebombardeerd
  • wij hebben platgebombardeerd
  • jullie hebben platgebombardeerd
  • zij hebben platgebombardeerd

• Voltooid verleden tijd

  • ik had platgebombardeerd
  • jij had platgebombardeerd
  • hij/zij/het had platgebombardeerd
  • wij hadden platgebombardeerd
  • jullie hadden platgebombardeerd
  • zij hadden platgebombardeerd

• Toekomende tijd I

  • ik zal platbombarderen
  • jij zult platbombarderen
  • hij/zij/het zal platbombarderen
  • wij zullen platbombarderen
  • jullie zullen platbombarderen
  • zij zullen platbombarderen

• Toekomende tijd II

  • ik zal platgebombardeerd hebben
  • jij zult platgebombardeerd hebben
  • hij/zij/het zal platgebombardeerd hebben
  • wij zullen platgebombardeerd hebben
  • jullie zullen platgebombardeerd hebben
  • zij zullen platgebombardeerd hebben

• Conditionalis I

  • ik zou platbombarderen
  • jij zou platbombarderen
  • hij/zij/het zou platbombarderen
  • wij zouden platbombarderen
  • jullie zouden platbombarderen
  • zij zouden platbombarderen

• Conditionalis II

  • ik zou hebben platgebombardeerd
  • jij zou hebben platgebombardeerd
  • hij/zij/het zou hebben platgebombardeerd
  • wij zouden hebben platgebombardeerd
  • jullie zouden hebben platgebombardeerd
  • zij zouden hebben platgebombardeerd

• Imperatief

  • jij bombardeer plat
  • jullie bombardeert plat