Vervoeging van vertekenen
Onbepaalde wijs (infinitief): vertekenen
Er is helaas geen Duitse vertaling gevonden.
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik verteken
- jij vertekent
- hij/zij/het vertekent
- wij vertekenen
- jullie vertekenen
- zij vertekenen
Onvoltooid verleden tijd
- ik vertekende
- jij vertekende
- hij/zij/het vertekende
- wij vertekenden
- jullie vertekenden
- zij vertekenden
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik heb vertekend
- jij hebt vertekend
- hij/zij/het heeft vertekend
- wij hebben vertekend
- jullie hebben vertekend
- zij hebben vertekend
Voltooid verleden tijd
- ik had vertekend
- jij had vertekend
- hij/zij/het had vertekend
- wij hadden vertekend
- jullie hadden vertekend
- zij hadden vertekend
Toekomende tijd I
- ik zal vertekenen
- jij zult vertekenen
- hij/zij/het zal vertekenen
- wij zullen vertekenen
- jullie zullen vertekenen
- zij zullen vertekenen
Toekomende tijd II
- ik zal vertekend hebben
- jij zult vertekend hebben
- hij/zij/het zal vertekend hebben
- wij zullen vertekend hebben
- jullie zullen vertekend hebben
- zij zullen vertekend hebben
Conditionalis I
- ik zou vertekenen
- jij zou vertekenen
- hij/zij/het zou vertekenen
- wij zouden vertekenen
- jullie zouden vertekenen
- zij zouden vertekenen
Conditionalis II
- ik zou hebben vertekend
- jij zou hebben vertekend
- hij/zij/het zou hebben vertekend
- wij zouden hebben vertekend
- jullie zouden hebben vertekend
- zij zouden hebben vertekend
Imperatief
- jij verteken
- jullie vertekent