Vervoeging van aanzanden

Er is helaas geen Engelse vertaling gevonden.

  • Onvoltooid tegenwoordige tijd

    • ik zand aan
    • jij zandt aan
    • hij/zij/het zandt aan
    • wij zanden aan
    • jullie zanden aan
    • zij zanden aan
  • Onvoltooid verleden tijd

    • ik zandde aan
    • jij zandde aan
    • hij/zij/het zandde aan
    • wij zandden aan
    • jullie zandden aan
    • zij zandden aan
  • Voltooid tegenwoordige tijd

    • ik heb aangezand
    • jij hebt aangezand
    • hij/zij/het heeft aangezand
    • wij hebben aangezand
    • jullie hebben aangezand
    • zij hebben aangezand
  • Voltooid verleden tijd

    • ik had aangezand
    • jij had aangezand
    • hij/zij/het had aangezand
    • wij hadden aangezand
    • jullie hadden aangezand
    • zij hadden aangezand
  • Toekomende tijd I

    • ik zal aanzanden
    • jij zult aanzanden
    • hij/zij/het zal aanzanden
    • wij zullen aanzanden
    • jullie zullen aanzanden
    • zij zullen aanzanden
  • Toekomende tijd II

    • ik zal aangezand hebben
    • jij zult aangezand hebben
    • hij/zij/het zal aangezand hebben
    • wij zullen aangezand hebben
    • jullie zullen aangezand hebben
    • zij zullen aangezand hebben
  • Conditionalis I

    • ik zou aanzanden
    • jij zou aanzanden
    • hij/zij/het zou aanzanden
    • wij zouden aanzanden
    • jullie zouden aanzanden
    • zij zouden aanzanden
  • Conditionalis II

    • ik zou hebben aangezand
    • jij zou hebben aangezand
    • hij/zij/het zou hebben aangezand
    • wij zouden hebben aangezand
    • jullie zouden hebben aangezand
    • zij zouden hebben aangezand
  • Imperatief

    • jij zand aan
    • jullie zandt aan