Vervoeging van aftelegraferen
Onbepaalde wijs (infinitief): aftelegraferen
Er is helaas geen Engelse vertaling gevonden.
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik telegrafeer af
- jij telegrafeert af
- hij/zij/het telegrafeert af
- wij telegraferen af
- jullie telegraferen af
- zij telegraferen af
Onvoltooid verleden tijd
- ik telegrafeerde af
- jij telegrafeerde af
- hij/zij/het telegrafeerde af
- wij telegrafeerden af
- jullie telegrafeerden af
- zij telegrafeerden af
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik heb afgetelegrafeerd
- jij hebt afgetelegrafeerd
- hij/zij/het heeft afgetelegrafeerd
- wij hebben afgetelegrafeerd
- jullie hebben afgetelegrafeerd
- zij hebben afgetelegrafeerd
Voltooid verleden tijd
- ik had afgetelegrafeerd
- jij had afgetelegrafeerd
- hij/zij/het had afgetelegrafeerd
- wij hadden afgetelegrafeerd
- jullie hadden afgetelegrafeerd
- zij hadden afgetelegrafeerd
Toekomende tijd I
- ik zal aftelegraferen
- jij zult aftelegraferen
- hij/zij/het zal aftelegraferen
- wij zullen aftelegraferen
- jullie zullen aftelegraferen
- zij zullen aftelegraferen
Toekomende tijd II
- ik zal afgetelegrafeerd hebben
- jij zult afgetelegrafeerd hebben
- hij/zij/het zal afgetelegrafeerd hebben
- wij zullen afgetelegrafeerd hebben
- jullie zullen afgetelegrafeerd hebben
- zij zullen afgetelegrafeerd hebben
Conditionalis I
- ik zou aftelegraferen
- jij zou aftelegraferen
- hij/zij/het zou aftelegraferen
- wij zouden aftelegraferen
- jullie zouden aftelegraferen
- zij zouden aftelegraferen
Conditionalis II
- ik zou hebben afgetelegrafeerd
- jij zou hebben afgetelegrafeerd
- hij/zij/het zou hebben afgetelegrafeerd
- wij zouden hebben afgetelegrafeerd
- jullie zouden hebben afgetelegrafeerd
- zij zouden hebben afgetelegrafeerd
Imperatief
- jij telegrafeer af
- jullie telegrafeert af