Vervoeging van commercialiseren
Onbepaalde wijs (infinitief): commercialiseren
Nederlands
Engels
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik commercialiseer
- jij commercialiseert
- hij/zij/het commercialiseert
- wij commercialiseren
- jullie commercialiseren
- zij commercialiseren
Present
- I market
- you market
- he/she/it markets
- we market
- you market
- they market
Onvoltooid verleden tijd
- ik commercialiseerde
- jij commercialiseerde
- hij/zij/het commercialiseerde
- wij commercialiseerden
- jullie commercialiseerden
- zij commercialiseerden
Simple past
- I marketed
- you marketed
- he/she/it marketed
- we marketed
- you marketed
- they marketed
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik heb gecommercialiseerd
- jij hebt gecommercialiseerd
- hij/zij/het heeft gecommercialiseerd
- wij hebben gecommercialiseerd
- jullie hebben gecommercialiseerd
- zij hebben gecommercialiseerd
Present perfect
- I have marketed
- you have marketed
- he/she/it has marketed
- we have marketed
- you have marketed
- they have marketed
Voltooid verleden tijd
- ik had gecommercialiseerd
- jij had gecommercialiseerd
- hij/zij/het had gecommercialiseerd
- wij hadden gecommercialiseerd
- jullie hadden gecommercialiseerd
- zij hadden gecommercialiseerd
Past perfect
- I had marketed
- you had marketed
- he/she/it had marketed
- we had marketed
- you had marketed
- they had marketed
Toekomende tijd I
- ik zal commercialiseren
- jij zult commercialiseren
- hij/zij/het zal commercialiseren
- wij zullen commercialiseren
- jullie zullen commercialiseren
- zij zullen commercialiseren
Future
- I will market
- you will market
- he/she/it will market
- we will market
- you will market
- they will market
Toekomende tijd II
- ik zal gecommercialiseerd hebben
- jij zult gecommercialiseerd hebben
- hij/zij/het zal gecommercialiseerd hebben
- wij zullen gecommercialiseerd hebben
- jullie zullen gecommercialiseerd hebben
- zij zullen gecommercialiseerd hebben
Future perfect
- I will have marketed
- you will have marketed
- he/she/it will have marketed
- we will have marketed
- you will have marketed
- they will have marketed
Conditionalis I
- ik zou commercialiseren
- jij zou commercialiseren
- hij/zij/het zou commercialiseren
- wij zouden commercialiseren
- jullie zouden commercialiseren
- zij zouden commercialiseren
Conditional present
- I would market
- you would market
- he/she/it would market
- we would market
- you would market
- they would market
Conditionalis II
- ik zou hebben gecommercialiseerd
- jij zou hebben gecommercialiseerd
- hij/zij/het zou hebben gecommercialiseerd
- wij zouden hebben gecommercialiseerd
- jullie zouden hebben gecommercialiseerd
- zij zouden hebben gecommercialiseerd
Conditional perfect
- I would have marketed
- you would have marketed
- he/she/it would have marketed
- we would have marketed
- you would have marketed
- they would have marketed
Imperatief
- jij commercialiseer
- jullie commercialiseert
Imperative
- you market
- you market