Vervoeging van ontlenen

Nederlands

Engels

Onvoltooid tegenwoordige tijd

  • ik ontleen
  • jij ontleent
  • hij/zij/het ontleent
  • wij ontlenen
  • jullie ontlenen
  • zij ontlenen

Present

  • I draw
  • you draw
  • he/she/it draws
  • we draw
  • you draw
  • they draw

Onvoltooid verleden tijd

  • ik ontleende
  • jij ontleende
  • hij/zij/het ontleende
  • wij ontleenden
  • jullie ontleenden
  • zij ontleenden

Simple past

  • I drew
  • you drew
  • he/she/it drew
  • we drew
  • you drew
  • they drew

Voltooid tegenwoordige tijd

  • ik heb ontleend
  • jij hebt ontleend
  • hij/zij/het heeft ontleend
  • wij hebben ontleend
  • jullie hebben ontleend
  • zij hebben ontleend

Present perfect

  • I have drawn
  • you have drawn
  • he/she/it has drawn
  • we have drawn
  • you have drawn
  • they have drawn

Voltooid verleden tijd

  • ik had ontleend
  • jij had ontleend
  • hij/zij/het had ontleend
  • wij hadden ontleend
  • jullie hadden ontleend
  • zij hadden ontleend

Past perfect

  • I had drawn
  • you had drawn
  • he/she/it had drawn
  • we had drawn
  • you had drawn
  • they had drawn

Toekomende tijd I

  • ik zal ontlenen
  • jij zult ontlenen
  • hij/zij/het zal ontlenen
  • wij zullen ontlenen
  • jullie zullen ontlenen
  • zij zullen ontlenen

Future

  • I will draw
  • you will draw
  • he/she/it will draw
  • we will draw
  • you will draw
  • they will draw

Toekomende tijd II

  • ik zal ontleend hebben
  • jij zult ontleend hebben
  • hij/zij/het zal ontleend hebben
  • wij zullen ontleend hebben
  • jullie zullen ontleend hebben
  • zij zullen ontleend hebben

Future perfect

  • I will have drawn
  • you will have drawn
  • he/she/it will have drawn
  • we will have drawn
  • you will have drawn
  • they will have drawn

Conditionalis I

  • ik zou ontlenen
  • jij zou ontlenen
  • hij/zij/het zou ontlenen
  • wij zouden ontlenen
  • jullie zouden ontlenen
  • zij zouden ontlenen

Conditional present

  • I would draw
  • you would draw
  • he/she/it would draw
  • we would draw
  • you would draw
  • they would draw

Conditionalis II

  • ik zou hebben ontleend
  • jij zou hebben ontleend
  • hij/zij/het zou hebben ontleend
  • wij zouden hebben ontleend
  • jullie zouden hebben ontleend
  • zij zouden hebben ontleend

Conditional perfect

  • I would have drawn
  • you would have drawn
  • he/she/it would have drawn
  • we would have drawn
  • you would have drawn
  • they would have drawn

Imperatief

  • jij ontleen
  • jullie ontleent

Imperative

  • you draw
  • you draw

Verwijzingen

Bekijk 1 definitie(s) van ontlenen