Vervoeging van tegenkammen
Onbepaalde wijs (infinitief): tegenkammen
Nederlands
Engels
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik kam tegen
- jij kamt tegen
- hij/zij/het kamt tegen
- wij kammen tegen
- jullie kammen tegen
- zij kammen tegen
Present
- I tease
- you tease
- he/she/it teases
- we tease
- you tease
- they tease
Onvoltooid verleden tijd
- ik kamde tegen
- jij kamde tegen
- hij/zij/het kamde tegen
- wij kamden tegen
- jullie kamden tegen
- zij kamden tegen
Simple past
- I teased
- you teased
- he/she/it teased
- we teased
- you teased
- they teased
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik heb tegengekamd
- jij hebt tegengekamd
- hij/zij/het heeft tegengekamd
- wij hebben tegengekamd
- jullie hebben tegengekamd
- zij hebben tegengekamd
Present perfect
- I have teased
- you have teased
- he/she/it has teased
- we have teased
- you have teased
- they have teased
Voltooid verleden tijd
- ik had tegengekamd
- jij had tegengekamd
- hij/zij/het had tegengekamd
- wij hadden tegengekamd
- jullie hadden tegengekamd
- zij hadden tegengekamd
Past perfect
- I had teased
- you had teased
- he/she/it had teased
- we had teased
- you had teased
- they had teased
Toekomende tijd I
- ik zal tegenkammen
- jij zult tegenkammen
- hij/zij/het zal tegenkammen
- wij zullen tegenkammen
- jullie zullen tegenkammen
- zij zullen tegenkammen
Future
- I will tease
- you will tease
- he/she/it will tease
- we will tease
- you will tease
- they will tease
Toekomende tijd II
- ik zal tegengekamd hebben
- jij zult tegengekamd hebben
- hij/zij/het zal tegengekamd hebben
- wij zullen tegengekamd hebben
- jullie zullen tegengekamd hebben
- zij zullen tegengekamd hebben
Future perfect
- I will have teased
- you will have teased
- he/she/it will have teased
- we will have teased
- you will have teased
- they will have teased
Conditionalis I
- ik zou tegenkammen
- jij zou tegenkammen
- hij/zij/het zou tegenkammen
- wij zouden tegenkammen
- jullie zouden tegenkammen
- zij zouden tegenkammen
Conditional present
- I would tease
- you would tease
- he/she/it would tease
- we would tease
- you would tease
- they would tease
Conditionalis II
- ik zou hebben tegengekamd
- jij zou hebben tegengekamd
- hij/zij/het zou hebben tegengekamd
- wij zouden hebben tegengekamd
- jullie zouden hebben tegengekamd
- zij zouden hebben tegengekamd
Conditional perfect
- I would have teased
- you would have teased
- he/she/it would have teased
- we would have teased
- you would have teased
- they would have teased
Imperatief
- jij kam tegen
- jullie kamt tegen
Imperative
- you tease
- you tease