Vervoeging van terugkoppelen
Onbepaalde wijs (infinitief): terugkoppelen
Nederlands
Engels
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik koppel terug
- jij koppelt terug
- hij/zij/het koppelt terug
- wij koppelen terug
- jullie koppelen terug
- zij koppelen terug
Present
- I consult
- you consult
- he/she/it consults
- we consult
- you consult
- they consult
Onvoltooid verleden tijd
- ik koppelde terug
- jij koppelde terug
- hij/zij/het koppelde terug
- wij koppelden terug
- jullie koppelden terug
- zij koppelden terug
Simple past
- I consulted
- you consulted
- he/she/it consulted
- we consulted
- you consulted
- they consulted
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik heb teruggekoppeld
- jij hebt teruggekoppeld
- hij/zij/het heeft teruggekoppeld
- wij hebben teruggekoppeld
- jullie hebben teruggekoppeld
- zij hebben teruggekoppeld
Present perfect
- I have consulted
- you have consulted
- he/she/it has consulted
- we have consulted
- you have consulted
- they have consulted
Voltooid verleden tijd
- ik had teruggekoppeld
- jij had teruggekoppeld
- hij/zij/het had teruggekoppeld
- wij hadden teruggekoppeld
- jullie hadden teruggekoppeld
- zij hadden teruggekoppeld
Past perfect
- I had consulted
- you had consulted
- he/she/it had consulted
- we had consulted
- you had consulted
- they had consulted
Toekomende tijd I
- ik zal terugkoppelen
- jij zult terugkoppelen
- hij/zij/het zal terugkoppelen
- wij zullen terugkoppelen
- jullie zullen terugkoppelen
- zij zullen terugkoppelen
Future
- I will consult
- you will consult
- he/she/it will consult
- we will consult
- you will consult
- they will consult
Toekomende tijd II
- ik zal teruggekoppeld hebben
- jij zult teruggekoppeld hebben
- hij/zij/het zal teruggekoppeld hebben
- wij zullen teruggekoppeld hebben
- jullie zullen teruggekoppeld hebben
- zij zullen teruggekoppeld hebben
Future perfect
- I will have consulted
- you will have consulted
- he/she/it will have consulted
- we will have consulted
- you will have consulted
- they will have consulted
Conditionalis I
- ik zou terugkoppelen
- jij zou terugkoppelen
- hij/zij/het zou terugkoppelen
- wij zouden terugkoppelen
- jullie zouden terugkoppelen
- zij zouden terugkoppelen
Conditional present
- I would consult
- you would consult
- he/she/it would consult
- we would consult
- you would consult
- they would consult
Conditionalis II
- ik zou hebben teruggekoppeld
- jij zou hebben teruggekoppeld
- hij/zij/het zou hebben teruggekoppeld
- wij zouden hebben teruggekoppeld
- jullie zouden hebben teruggekoppeld
- zij zouden hebben teruggekoppeld
Conditional perfect
- I would have consulted
- you would have consulted
- he/she/it would have consulted
- we would have consulted
- you would have consulted
- they would have consulted
Imperatief
- jij koppel terug
- jullie koppelt terug
Imperative
- you consult
- you consult