Vervoeging van bewolken
Onbepaalde wijs (infinitief): bewolken
Er is helaas geen Spaanse vertaling gevonden.
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- hij/zij/het bewolkt
- zij bewolken
Onvoltooid verleden tijd
- hij/zij/het bewolkte
- zij bewolkten
Voltooid tegenwoordige tijd
- hij/zij/het heeft bewolkt
- zij hebben bewolkt
Voltooid verleden tijd
- hij/zij/het had bewolkt
- zij hadden bewolkt
Toekomende tijd I
- hij/zij/het zal bewolken
- zij zult bewolken
Toekomende tijd II
- hij/zij/het zal bewolkt hebben
- zij zult bewolkt hebben
Conditionalis I
- hij/zij/het zal bewolken
- zij zullen bewolken
Conditionalis II
- hij/zij/het zal hebben bewolkt
- zij zullen hebben bewolkt