Vervoeging van ineenvlechten

Onbepaalde wijs (infinitief): ineenvlechten

Er is helaas geen Spaanse vertaling gevonden.

  • Onvoltooid tegenwoordige tijd

    • ik vlecht ineen
    • jij vlecht ineen
    • hij/zij/het vlecht ineen
    • wij vlechten ineen
    • jullie vlechten ineen
    • zij vlechten ineen
  • Onvoltooid verleden tijd

    • ik vlocht ineen
    • jij vlocht ineen
    • hij/zij/het vlocht ineen
    • wij vlochten ineen
    • jullie vlochten ineen
    • zij vlochten ineen
  • Voltooid tegenwoordige tijd

    • ik heb ineengevlochten
    • jij hebt ineengevlochten
    • hij/zij/het heeft ineengevlochten
    • wij hebben ineengevlochten
    • jullie hebben ineengevlochten
    • zij hebben ineengevlochten
  • Voltooid verleden tijd

    • ik had ineengevlochten
    • jij had ineengevlochten
    • hij/zij/het had ineengevlochten
    • wij hadden ineengevlochten
    • jullie hadden ineengevlochten
    • zij hadden ineengevlochten
  • Toekomende tijd I

    • ik zal ineenvlechten
    • jij zult ineenvlechten
    • hij/zij/het zal ineenvlechten
    • wij zullen ineenvlechten
    • jullie zullen ineenvlechten
    • zij zullen ineenvlechten
  • Toekomende tijd II

    • ik zal ineengevlochten hebben
    • jij zult ineengevlochten hebben
    • hij/zij/het zal ineengevlochten hebben
    • wij zullen ineengevlochten hebben
    • jullie zullen ineengevlochten hebben
    • zij zullen ineengevlochten hebben
  • Conditionalis I

    • ik zou ineenvlechten
    • jij zou ineenvlechten
    • hij/zij/het zou ineenvlechten
    • wij zouden ineenvlechten
    • jullie zouden ineenvlechten
    • zij zouden ineenvlechten
  • Conditionalis II

    • ik zou hebben ineengevlochten
    • jij zou hebben ineengevlochten
    • hij/zij/het zou hebben ineengevlochten
    • wij zouden hebben ineengevlochten
    • jullie zouden hebben ineengevlochten
    • zij zouden hebben ineengevlochten
  • Imperatief

    • jij vlecht ineen
    • jullie vlecht ineen

Verwijzingen

Bekijk 1 definitie(s) van ineenvlechten