Vervoeging van insluiten

Nederlands

Spaans

Onvoltooid tegenwoordige tijd

  • ik sluit in
  • jij sluit in
  • hij/zij/het sluit in
  • wij sluiten in
  • jullie sluiten in
  • zij sluiten in

Indicativo presente

  • yo incluyo
  • incluyes
  • él/ella incluye
  • nosotros incluimos
  • vosotros incluís
  • ellos/ellas incluyen

Onvoltooid verleden tijd

  • ik sloot in
  • jij sloot in
  • hij/zij/het sloot in
  • wij sloten in
  • jullie sloten in
  • zij sloten in

Indefinido

  • yo incluí
  • incluiste
  • él/ella incluyó
  • nosotros incluimos
  • vosotros incluisteis
  • ellos/ellas incluyeron

Voltooid tegenwoordige tijd

  • ik heb ingesloten
  • jij hebt ingesloten
  • hij/zij/het heeft ingesloten
  • wij hebben ingesloten
  • jullie hebben ingesloten
  • zij hebben ingesloten

Pretérito perfecto compuesto

  • yo he incluido
  • has incluido
  • él/ella ha incluido
  • nosotros hemos incluido
  • vosotros habéis incluido
  • ellos/ellas han incluido

Voltooid verleden tijd

  • ik had ingesloten
  • jij had ingesloten
  • hij/zij/het had ingesloten
  • wij hadden ingesloten
  • jullie hadden ingesloten
  • zij hadden ingesloten

Pluscuamperfecto

  • yo había incluido
  • habías incluido
  • él/ella había incluido
  • nosotros habíamos incluido
  • vosotros habíais incluido
  • ellos/ellas habían incluido

Toekomende tijd I

  • ik zal insluiten
  • jij zult insluiten
  • hij/zij/het zal insluiten
  • wij zullen insluiten
  • jullie zullen insluiten
  • zij zullen insluiten

Futuro I

  • yo incluiré
  • incluirás
  • él/ella incluirá
  • nosotros incluiremos
  • vosotros incluiréis
  • ellos/ellas incluirán

Toekomende tijd II

  • ik zal ingesloten hebben
  • jij zult ingesloten hebben
  • hij/zij/het zal ingesloten hebben
  • wij zullen ingesloten hebben
  • jullie zullen ingesloten hebben
  • zij zullen ingesloten hebben

Futuro perfecto

  • yo habré incluido
  • habrás incluido
  • él/ella habrá incluido
  • nosotros habremos incluido
  • vosotros habréis incluido
  • ellos/ellas habrán incluido

Conditionalis I

  • ik zou insluiten
  • jij zou insluiten
  • hij/zij/het zou insluiten
  • wij zouden insluiten
  • jullie zouden insluiten
  • zij zouden insluiten

Condicional

  • yo incluiría
  • incluirías
  • él/ella incluiría
  • nosotros incluiríamos
  • vosotros incluiríais
  • ellos/ellas incluirían

Conditionalis II

  • ik zou hebben ingesloten
  • jij zou hebben ingesloten
  • hij/zij/het zou hebben ingesloten
  • wij zouden hebben ingesloten
  • jullie zouden hebben ingesloten
  • zij zouden hebben ingesloten

Condicional perfecto

  • yo habría incluido
  • habrías incluido
  • él/ella habría incluido
  • nosotros habríamos incluido
  • vosotros habríais incluido
  • ellos/ellas habrían incluido

Imperatief

  • jij sluit in
  • jullie sluit in

Imperativo presente

  • incluye
  • vosotros incluid

Verwijzingen

Bekijk 2 definitie(s) van insluiten