Vervoeging van klikken
Nederlands
Spaans
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik klik
- jij klikt
- hij/zij/het klikt
- wij klikken
- jullie klikken
- zij klikken
Indicativo presente
- yo delato
- tú delatas
- él/ella delata
- nosotros delatamos
- vosotros delatáis
- ellos/ellas delatan
Onvoltooid verleden tijd
- ik klikte
- jij klikte
- hij/zij/het klikte
- wij klikten
- jullie klikten
- zij klikten
Indefinido
- yo delaté
- tú delataste
- él/ella delató
- nosotros delatamos
- vosotros delatasteis
- ellos/ellas delataron
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik heb geklikt
- jij hebt geklikt
- hij/zij/het heeft geklikt
- wij hebben geklikt
- jullie hebben geklikt
- zij hebben geklikt
Pretérito perfecto compuesto
- yo he delatado
- tú has delatado
- él/ella ha delatado
- nosotros hemos delatado
- vosotros habéis delatado
- ellos/ellas han delatado
Voltooid verleden tijd
- ik had geklikt
- jij had geklikt
- hij/zij/het had geklikt
- wij hadden geklikt
- jullie hadden geklikt
- zij hadden geklikt
Pluscuamperfecto
- yo había delatado
- tú habías delatado
- él/ella había delatado
- nosotros habíamos delatado
- vosotros habíais delatado
- ellos/ellas habían delatado
Toekomende tijd I
- ik zal klikken
- jij zult klikken
- hij/zij/het zal klikken
- wij zullen klikken
- jullie zullen klikken
- zij zullen klikken
Futuro I
- yo delataré
- tú delatarás
- él/ella delatará
- nosotros delataremos
- vosotros delataréis
- ellos/ellas delatarán
Toekomende tijd II
- ik zal geklikt hebben
- jij zult geklikt hebben
- hij/zij/het zal geklikt hebben
- wij zullen geklikt hebben
- jullie zullen geklikt hebben
- zij zullen geklikt hebben
Futuro perfecto
- yo habré delatado
- tú habrás delatado
- él/ella habrá delatado
- nosotros habremos delatado
- vosotros habréis delatado
- ellos/ellas habrán delatado
Conditionalis I
- ik zou klikken
- jij zou klikken
- hij/zij/het zou klikken
- wij zouden klikken
- jullie zouden klikken
- zij zouden klikken
Condicional
- yo delataría
- tú delatarías
- él/ella delataría
- nosotros delataríamos
- vosotros delataríais
- ellos/ellas delatarían
Conditionalis II
- ik zou hebben geklikt
- jij zou hebben geklikt
- hij/zij/het zou hebben geklikt
- wij zouden hebben geklikt
- jullie zouden hebben geklikt
- zij zouden hebben geklikt
Condicional perfecto
- yo habría delatado
- tú habrías delatado
- él/ella habría delatado
- nosotros habríamos delatado
- vosotros habríais delatado
- ellos/ellas habrían delatado
Imperatief
- jij klik
- jullie klikt
Imperativo presente
- tú delata
- vosotros delatad