Vervoeging van kwispelstaarten

Onbepaalde wijs (infinitief): kwispelstaarten

Nederlands

Spaans

Onvoltooid tegenwoordige tijd

  • ik kwispelstaart
  • jij kwispelstaart
  • hij/zij/het kwispelstaart
  • wij kwispelstaarten
  • jullie kwispelstaarten
  • zij kwispelstaarten

Indicativo presente

  • yo coleo
  • coleas
  • él/ella colea
  • nosotros coleamos
  • vosotros coleáis
  • ellos/ellas colean

Onvoltooid verleden tijd

  • ik kwispelstaartte
  • jij kwispelstaartte
  • hij/zij/het kwispelstaartte
  • wij kwispelstaartten
  • jullie kwispelstaartten
  • zij kwispelstaartten

Indefinido

  • yo coleé
  • coleaste
  • él/ella coleó
  • nosotros coleamos
  • vosotros coleasteis
  • ellos/ellas colearon

Voltooid tegenwoordige tijd

  • ik heb gekwispelstaart
  • jij hebt gekwispelstaart
  • hij/zij/het heeft gekwispelstaart
  • wij hebben gekwispelstaart
  • jullie hebben gekwispelstaart
  • zij hebben gekwispelstaart

Pretérito perfecto compuesto

  • yo he coleado
  • has coleado
  • él/ella ha coleado
  • nosotros hemos coleado
  • vosotros habéis coleado
  • ellos/ellas han coleado

Voltooid verleden tijd

  • ik had gekwispelstaart
  • jij had gekwispelstaart
  • hij/zij/het had gekwispelstaart
  • wij hadden gekwispelstaart
  • jullie hadden gekwispelstaart
  • zij hadden gekwispelstaart

Pluscuamperfecto

  • yo había coleado
  • habías coleado
  • él/ella había coleado
  • nosotros habíamos coleado
  • vosotros habíais coleado
  • ellos/ellas habían coleado

Toekomende tijd I

  • ik zal kwispelstaarten
  • jij zult kwispelstaarten
  • hij/zij/het zal kwispelstaarten
  • wij zullen kwispelstaarten
  • jullie zullen kwispelstaarten
  • zij zullen kwispelstaarten

Futuro I

  • yo colearé
  • colearás
  • él/ella coleará
  • nosotros colearemos
  • vosotros colearéis
  • ellos/ellas colearán

Toekomende tijd II

  • ik zal gekwispelstaart hebben
  • jij zult gekwispelstaart hebben
  • hij/zij/het zal gekwispelstaart hebben
  • wij zullen gekwispelstaart hebben
  • jullie zullen gekwispelstaart hebben
  • zij zullen gekwispelstaart hebben

Futuro perfecto

  • yo habré coleado
  • habrás coleado
  • él/ella habrá coleado
  • nosotros habremos coleado
  • vosotros habréis coleado
  • ellos/ellas habrán coleado

Conditionalis I

  • ik zou kwispelstaarten
  • jij zou kwispelstaarten
  • hij/zij/het zou kwispelstaarten
  • wij zouden kwispelstaarten
  • jullie zouden kwispelstaarten
  • zij zouden kwispelstaarten

Condicional

  • yo colearía
  • colearías
  • él/ella colearía
  • nosotros colearíamos
  • vosotros colearíais
  • ellos/ellas colearían

Conditionalis II

  • ik zou hebben gekwispelstaart
  • jij zou hebben gekwispelstaart
  • hij/zij/het zou hebben gekwispelstaart
  • wij zouden hebben gekwispelstaart
  • jullie zouden hebben gekwispelstaart
  • zij zouden hebben gekwispelstaart

Condicional perfecto

  • yo habría coleado
  • habrías coleado
  • él/ella habría coleado
  • nosotros habríamos coleado
  • vosotros habríais coleado
  • ellos/ellas habrían coleado

Imperatief

  • jij kwispelstaart
  • jullie kwispelstaart

Imperativo presente

  • colea
  • vosotros colead

Verwijzingen

Bekijk 1 definitie(s) van kwispelstaarten