Vervoeging van leegeten
Onbepaalde wijs (infinitief): leegeten
Er is helaas geen Spaanse vertaling gevonden.
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik eet leeg
- jij eet leeg
- hij/zij/het eet leeg
- wij eten leeg
- jullie eten leeg
- zij eten leeg
Onvoltooid verleden tijd
- ik at leeg
- jij at leeg
- hij/zij/het at leeg
- wij aten leeg
- jullie aten leeg
- zij aten leeg
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik heb leeggegeten
- jij hebt leeggegeten
- hij/zij/het heeft leeggegeten
- wij hebben leeggegeten
- jullie hebben leeggegeten
- zij hebben leeggegeten
Voltooid verleden tijd
- ik had leeggegeten
- jij had leeggegeten
- hij/zij/het had leeggegeten
- wij hadden leeggegeten
- jullie hadden leeggegeten
- zij hadden leeggegeten
Toekomende tijd I
- ik zal leegeten
- jij zult leegeten
- hij/zij/het zal leegeten
- wij zullen leegeten
- jullie zullen leegeten
- zij zullen leegeten
Toekomende tijd II
- ik zal leeggegeten hebben
- jij zult leeggegeten hebben
- hij/zij/het zal leeggegeten hebben
- wij zullen leeggegeten hebben
- jullie zullen leeggegeten hebben
- zij zullen leeggegeten hebben
Conditionalis I
- ik zou leegeten
- jij zou leegeten
- hij/zij/het zou leegeten
- wij zouden leegeten
- jullie zouden leegeten
- zij zouden leegeten
Conditionalis II
- ik zou hebben leeggegeten
- jij zou hebben leeggegeten
- hij/zij/het zou hebben leeggegeten
- wij zouden hebben leeggegeten
- jullie zouden hebben leeggegeten
- zij zouden hebben leeggegeten
Imperatief
- jij eet leeg
- jullie eet leeg