Vervoeging van meebakken
Onbepaalde wijs (infinitief): meebakken
Er is helaas geen Spaanse vertaling gevonden.
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik bak mee
- jij bakt mee
- hij/zij/het bakt mee
- wij bakken mee
- jullie bakken mee
- zij bakken mee
Onvoltooid verleden tijd
- ik bakte mee
- jij bakte mee
- hij/zij/het bakte mee
- wij bakten mee
- jullie bakten mee
- zij bakten mee
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik heb meegebakken
- jij hebt meegebakken
- hij/zij/het heeft meegebakken
- wij hebben meegebakken
- jullie hebben meegebakken
- zij hebben meegebakken
Voltooid verleden tijd
- ik had meegebakken
- jij had meegebakken
- hij/zij/het had meegebakken
- wij hadden meegebakken
- jullie hadden meegebakken
- zij hadden meegebakken
Toekomende tijd I
- ik zal meebakken
- jij zult meebakken
- hij/zij/het zal meebakken
- wij zullen meebakken
- jullie zullen meebakken
- zij zullen meebakken
Toekomende tijd II
- ik zal meegebakken hebben
- jij zult meegebakken hebben
- hij/zij/het zal meegebakken hebben
- wij zullen meegebakken hebben
- jullie zullen meegebakken hebben
- zij zullen meegebakken hebben
Conditionalis I
- ik zou meebakken
- jij zou meebakken
- hij/zij/het zou meebakken
- wij zouden meebakken
- jullie zouden meebakken
- zij zouden meebakken
Conditionalis II
- ik zou hebben meegebakken
- jij zou hebben meegebakken
- hij/zij/het zou hebben meegebakken
- wij zouden hebben meegebakken
- jullie zouden hebben meegebakken
- zij zouden hebben meegebakken
Imperatief
- jij bak mee
- jullie bakt mee