Vervoeging van omzeilen
Onbepaalde wijs (infinitief): omzeilen
Er is helaas geen Spaanse vertaling gevonden.
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik omzeil
- jij omzeilt
- hij/zij/het omzeilt
- wij omzeilen
- jullie omzeilen
- zij omzeilen
Onvoltooid verleden tijd
- ik omzeilde
- jij omzeilde
- hij/zij/het omzeilde
- wij omzeilden
- jullie omzeilden
- zij omzeilden
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik heb omzeild
- jij hebt omzeild
- hij/zij/het heeft omzeild
- wij hebben omzeild
- jullie hebben omzeild
- zij hebben omzeild
Voltooid verleden tijd
- ik had omzeild
- jij had omzeild
- hij/zij/het had omzeild
- wij hadden omzeild
- jullie hadden omzeild
- zij hadden omzeild
Toekomende tijd I
- ik zal omzeilen
- jij zult omzeilen
- hij/zij/het zal omzeilen
- wij zullen omzeilen
- jullie zullen omzeilen
- zij zullen omzeilen
Toekomende tijd II
- ik zal omzeild hebben
- jij zult omzeild hebben
- hij/zij/het zal omzeild hebben
- wij zullen omzeild hebben
- jullie zullen omzeild hebben
- zij zullen omzeild hebben
Conditionalis I
- ik zou omzeilen
- jij zou omzeilen
- hij/zij/het zou omzeilen
- wij zouden omzeilen
- jullie zouden omzeilen
- zij zouden omzeilen
Conditionalis II
- ik zou hebben omzeild
- jij zou hebben omzeild
- hij/zij/het zou hebben omzeild
- wij zouden hebben omzeild
- jullie zouden hebben omzeild
- zij zouden hebben omzeild
Imperatief
- jij omzeil
- jullie omzeilt