Vervoeging van opluchten
Onbepaalde wijs (infinitief): opluchten
Er is helaas geen Spaanse vertaling gevonden.
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- hij/zij/het lucht op
- zij luchten op
Onvoltooid verleden tijd
- hij/zij/het luchtte op
- zij luchtten op
Voltooid tegenwoordige tijd
- hij/zij/het heeft opgelucht
- zij hebben opgelucht
Voltooid verleden tijd
- hij/zij/het had opgelucht
- zij hadden opgelucht
Toekomende tijd I
- hij/zij/het zal opluchten
- zij zult opluchten
Toekomende tijd II
- hij/zij/het zal opgelucht hebben
- zij zult opgelucht hebben
Conditionalis I
- hij/zij/het zal opluchten
- zij zullen opluchten
Conditionalis II
- hij/zij/het zal hebben opgelucht
- zij zullen hebben opgelucht