Vervoeging van uitbotten

Vertaling: abotonar

Nederlands

Spaans

Onvoltooid tegenwoordige tijd

  • hij/zij/het bot uit
  • zij botten uit

Indicativo presente

  • él/ella abotona
  • ellos/ellas abotonan

Onvoltooid verleden tijd

  • hij/zij/het botte uit
  • zij botten uit

Indefinido

  • él/ella abotonó
  • ellos/ellas abotonaron

Voltooid tegenwoordige tijd

  • hij/zij/het is uitgebot
  • zij zijn uitgebot

Pretérito perfecto compuesto

  • él/ella ha abotonado
  • ellos/ellas han abotonado

Voltooid verleden tijd

  • hij/zij/het was uitgebot
  • zij waren uitgebot

Pluscuamperfecto

  • él/ella había abotonado
  • ellos/ellas habían abotonado

Toekomende tijd I

  • hij/zij/het zal uitbotten
  • zij zult uitbotten

Futuro I

  • él/ella abotonará
  • ellos/ellas abotonarán

Toekomende tijd II

  • hij/zij/het zal uitgebot zijn
  • zij zult uitgebot zijn

Futuro perfecto

  • él/ella habrá abotonado
  • ellos/ellas habrán abotonado

Conditionalis I

  • hij/zij/het zal uitbotten
  • zij zullen uitbotten

Condicional

  • él/ella abotonaría
  • ellos/ellas abotonarían

Conditionalis II

  • hij/zij/het zal zijn uitgebot
  • zij zullen zijn uitgebot

Condicional perfecto

  • él/ella habría abotonado
  • ellos/ellas habrían abotonado