Vervoeging van veraanschouwelijken

Onbepaalde wijs (infinitief): veraanschouwelijken

Vertaling: ilustrar

Nederlands

Spaans

Onvoltooid tegenwoordige tijd

  • ik veraanschouwelijk
  • jij veraanschouwelijkt
  • hij/zij/het veraanschouwelijkt
  • wij veraanschouwelijken
  • jullie veraanschouwelijken
  • zij veraanschouwelijken

Indicativo presente

  • yo ilustro
  • ilustras
  • él/ella ilustra
  • nosotros ilustramos
  • vosotros ilustráis
  • ellos/ellas ilustran

Onvoltooid verleden tijd

  • ik veraanschouwelijkte
  • jij veraanschouwelijkte
  • hij/zij/het veraanschouwelijkte
  • wij veraanschouwelijkten
  • jullie veraanschouwelijkten
  • zij veraanschouwelijkten

Indefinido

  • yo ilustré
  • ilustraste
  • él/ella ilustró
  • nosotros ilustramos
  • vosotros ilustrasteis
  • ellos/ellas ilustraron

Voltooid tegenwoordige tijd

  • ik heb veraanschouwelijkt
  • jij hebt veraanschouwelijkt
  • hij/zij/het heeft veraanschouwelijkt
  • wij hebben veraanschouwelijkt
  • jullie hebben veraanschouwelijkt
  • zij hebben veraanschouwelijkt

Pretérito perfecto compuesto

  • yo he ilustrado
  • has ilustrado
  • él/ella ha ilustrado
  • nosotros hemos ilustrado
  • vosotros habéis ilustrado
  • ellos/ellas han ilustrado

Voltooid verleden tijd

  • ik had veraanschouwelijkt
  • jij had veraanschouwelijkt
  • hij/zij/het had veraanschouwelijkt
  • wij hadden veraanschouwelijkt
  • jullie hadden veraanschouwelijkt
  • zij hadden veraanschouwelijkt

Pluscuamperfecto

  • yo había ilustrado
  • habías ilustrado
  • él/ella había ilustrado
  • nosotros habíamos ilustrado
  • vosotros habíais ilustrado
  • ellos/ellas habían ilustrado

Toekomende tijd I

  • ik zal veraanschouwelijken
  • jij zult veraanschouwelijken
  • hij/zij/het zal veraanschouwelijken
  • wij zullen veraanschouwelijken
  • jullie zullen veraanschouwelijken
  • zij zullen veraanschouwelijken

Futuro I

  • yo ilustraré
  • ilustrarás
  • él/ella ilustrará
  • nosotros ilustraremos
  • vosotros ilustraréis
  • ellos/ellas ilustrarán

Toekomende tijd II

  • ik zal veraanschouwelijkt hebben
  • jij zult veraanschouwelijkt hebben
  • hij/zij/het zal veraanschouwelijkt hebben
  • wij zullen veraanschouwelijkt hebben
  • jullie zullen veraanschouwelijkt hebben
  • zij zullen veraanschouwelijkt hebben

Futuro perfecto

  • yo habré ilustrado
  • habrás ilustrado
  • él/ella habrá ilustrado
  • nosotros habremos ilustrado
  • vosotros habréis ilustrado
  • ellos/ellas habrán ilustrado

Conditionalis I

  • ik zou veraanschouwelijken
  • jij zou veraanschouwelijken
  • hij/zij/het zou veraanschouwelijken
  • wij zouden veraanschouwelijken
  • jullie zouden veraanschouwelijken
  • zij zouden veraanschouwelijken

Condicional

  • yo ilustraría
  • ilustrarías
  • él/ella ilustraría
  • nosotros ilustraríamos
  • vosotros ilustraríais
  • ellos/ellas ilustrarían

Conditionalis II

  • ik zou hebben veraanschouwelijkt
  • jij zou hebben veraanschouwelijkt
  • hij/zij/het zou hebben veraanschouwelijkt
  • wij zouden hebben veraanschouwelijkt
  • jullie zouden hebben veraanschouwelijkt
  • zij zouden hebben veraanschouwelijkt

Condicional perfecto

  • yo habría ilustrado
  • habrías ilustrado
  • él/ella habría ilustrado
  • nosotros habríamos ilustrado
  • vosotros habríais ilustrado
  • ellos/ellas habrían ilustrado

Imperatief

  • jij veraanschouwelijk
  • jullie veraanschouwelijkt

Imperativo presente

  • ilustra
  • vosotros ilustrad

Verwijzingen

Bekijk 1 definitie(s) van veraanschouwelijken