Vervoeging van verdelgen

Vertaling: exterminar

Nederlands

Spaans

Onvoltooid tegenwoordige tijd

  • ik verdelg
  • jij verdelgt
  • hij/zij/het verdelgt
  • wij verdelgen
  • jullie verdelgen
  • zij verdelgen

Indicativo presente

  • yo extermino
  • exterminas
  • él/ella extermina
  • nosotros exterminamos
  • vosotros extermináis
  • ellos/ellas exterminan

Onvoltooid verleden tijd

  • ik verdelgde
  • jij verdelgde
  • hij/zij/het verdelgde
  • wij verdelgden
  • jullie verdelgden
  • zij verdelgden

Indefinido

  • yo exterminé
  • exterminaste
  • él/ella exterminó
  • nosotros exterminamos
  • vosotros exterminasteis
  • ellos/ellas exterminaron

Voltooid tegenwoordige tijd

  • ik heb verdelgd
  • jij hebt verdelgd
  • hij/zij/het heeft verdelgd
  • wij hebben verdelgd
  • jullie hebben verdelgd
  • zij hebben verdelgd

Pretérito perfecto compuesto

  • yo he exterminado
  • has exterminado
  • él/ella ha exterminado
  • nosotros hemos exterminado
  • vosotros habéis exterminado
  • ellos/ellas han exterminado

Voltooid verleden tijd

  • ik had verdelgd
  • jij had verdelgd
  • hij/zij/het had verdelgd
  • wij hadden verdelgd
  • jullie hadden verdelgd
  • zij hadden verdelgd

Pluscuamperfecto

  • yo había exterminado
  • habías exterminado
  • él/ella había exterminado
  • nosotros habíamos exterminado
  • vosotros habíais exterminado
  • ellos/ellas habían exterminado

Toekomende tijd I

  • ik zal verdelgen
  • jij zult verdelgen
  • hij/zij/het zal verdelgen
  • wij zullen verdelgen
  • jullie zullen verdelgen
  • zij zullen verdelgen

Futuro I

  • yo exterminaré
  • exterminarás
  • él/ella exterminará
  • nosotros exterminaremos
  • vosotros exterminaréis
  • ellos/ellas exterminarán

Toekomende tijd II

  • ik zal verdelgd hebben
  • jij zult verdelgd hebben
  • hij/zij/het zal verdelgd hebben
  • wij zullen verdelgd hebben
  • jullie zullen verdelgd hebben
  • zij zullen verdelgd hebben

Futuro perfecto

  • yo habré exterminado
  • habrás exterminado
  • él/ella habrá exterminado
  • nosotros habremos exterminado
  • vosotros habréis exterminado
  • ellos/ellas habrán exterminado

Conditionalis I

  • ik zou verdelgen
  • jij zou verdelgen
  • hij/zij/het zou verdelgen
  • wij zouden verdelgen
  • jullie zouden verdelgen
  • zij zouden verdelgen

Condicional

  • yo exterminaría
  • exterminarías
  • él/ella exterminaría
  • nosotros exterminaríamos
  • vosotros exterminaríais
  • ellos/ellas exterminarían

Conditionalis II

  • ik zou hebben verdelgd
  • jij zou hebben verdelgd
  • hij/zij/het zou hebben verdelgd
  • wij zouden hebben verdelgd
  • jullie zouden hebben verdelgd
  • zij zouden hebben verdelgd

Condicional perfecto

  • yo habría exterminado
  • habrías exterminado
  • él/ella habría exterminado
  • nosotros habríamos exterminado
  • vosotros habríais exterminado
  • ellos/ellas habrían exterminado

Imperatief

  • jij verdelg
  • jullie verdelgt

Imperativo presente

  • extermina
  • vosotros exterminad

Verwijzingen

Bekijk 2 definitie(s) van verdelgen