Vervoeging van verdwijnen
Onbepaalde wijs (infinitief): verdwijnen
Er is helaas geen Spaanse vertaling gevonden.
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik verdwijn
- jij verdwijnt
- hij/zij/het verdwijnt
- wij verdwijnen
- jullie verdwijnen
- zij verdwijnen
Onvoltooid verleden tijd
- ik verdween
- jij verdween
- hij/zij/het verdween
- wij verdwenen
- jullie verdwenen
- zij verdwenen
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik ben verdwenen
- jij bent verdwenen
- hij/zij/het is verdwenen
- wij zijn verdwenen
- jullie zijn verdwenen
- zij zijn verdwenen
Voltooid verleden tijd
- ik was verdwenen
- jij was verdwenen
- hij/zij/het was verdwenen
- wij waren verdwenen
- jullie waren verdwenen
- zij waren verdwenen
Toekomende tijd I
- ik zal verdwijnen
- jij zult verdwijnen
- hij/zij/het zal verdwijnen
- wij zullen verdwijnen
- jullie zullen verdwijnen
- zij zullen verdwijnen
Toekomende tijd II
- ik zal verdwenen zijn
- jij zult verdwenen zijn
- hij/zij/het zal verdwenen zijn
- wij zullen verdwenen zijn
- jullie zullen verdwenen zijn
- zij zullen verdwenen zijn
Conditionalis I
- ik zou verdwijnen
- jij zou verdwijnen
- hij/zij/het zou verdwijnen
- wij zouden verdwijnen
- jullie zouden verdwijnen
- zij zouden verdwijnen
Conditionalis II
- ik zou zijn verdwenen
- jij zou zijn verdwenen
- hij/zij/het zou zijn verdwenen
- wij zouden zijn verdwenen
- jullie zouden zijn verdwenen
- zij zouden zijn verdwenen
Imperatief
- jij verdwijn
- jullie verdwijnt