Vervoeging van versomberen
Onbepaalde wijs (infinitief): versomberen
Er is helaas geen Spaanse vertaling gevonden.
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik versomber
- jij versombert
- hij/zij/het versombert
- wij versomberen
- jullie versomberen
- zij versomberen
Onvoltooid verleden tijd
- ik versomberde
- jij versomberde
- hij/zij/het versomberde
- wij versomberden
- jullie versomberden
- zij versomberden
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik ben versomberd
- jij bent versomberd
- hij/zij/het is versomberd
- wij zijn versomberd
- jullie zijn versomberd
- zij zijn versomberd
Voltooid verleden tijd
- ik was versomberd
- jij was versomberd
- hij/zij/het was versomberd
- wij waren versomberd
- jullie waren versomberd
- zij waren versomberd
Toekomende tijd I
- ik zal versomberen
- jij zult versomberen
- hij/zij/het zal versomberen
- wij zullen versomberen
- jullie zullen versomberen
- zij zullen versomberen
Toekomende tijd II
- ik zal versomberd zijn
- jij zult versomberd zijn
- hij/zij/het zal versomberd zijn
- wij zullen versomberd zijn
- jullie zullen versomberd zijn
- zij zullen versomberd zijn
Conditionalis I
- ik zou versomberen
- jij zou versomberen
- hij/zij/het zou versomberen
- wij zouden versomberen
- jullie zouden versomberen
- zij zouden versomberen
Conditionalis II
- ik zou zijn versomberd
- jij zou zijn versomberd
- hij/zij/het zou zijn versomberd
- wij zouden zijn versomberd
- jullie zouden zijn versomberd
- zij zouden zijn versomberd
Imperatief
- jij versomber
- jullie versombert