Vervoeging van affecteren
Onbepaalde wijs (infinitief): affecteren
Er is helaas geen Franse vertaling gevonden.
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik affecteer
- jij affecteert
- hij/zij/het affecteert
- wij affecteren
- jullie affecteren
- zij affecteren
Onvoltooid verleden tijd
- ik affecteerde
- jij affecteerde
- hij/zij/het affecteerde
- wij affecteerden
- jullie affecteerden
- zij affecteerden
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik heb geaffecteerd
- jij hebt geaffecteerd
- hij/zij/het heeft geaffecteerd
- wij hebben geaffecteerd
- jullie hebben geaffecteerd
- zij hebben geaffecteerd
Voltooid verleden tijd
- ik had geaffecteerd
- jij had geaffecteerd
- hij/zij/het had geaffecteerd
- wij hadden geaffecteerd
- jullie hadden geaffecteerd
- zij hadden geaffecteerd
Toekomende tijd I
- ik zal affecteren
- jij zult affecteren
- hij/zij/het zal affecteren
- wij zullen affecteren
- jullie zullen affecteren
- zij zullen affecteren
Toekomende tijd II
- ik zal geaffecteerd hebben
- jij zult geaffecteerd hebben
- hij/zij/het zal geaffecteerd hebben
- wij zullen geaffecteerd hebben
- jullie zullen geaffecteerd hebben
- zij zullen geaffecteerd hebben
Conditionalis I
- ik zou affecteren
- jij zou affecteren
- hij/zij/het zou affecteren
- wij zouden affecteren
- jullie zouden affecteren
- zij zouden affecteren
Conditionalis II
- ik zou hebben geaffecteerd
- jij zou hebben geaffecteerd
- hij/zij/het zou hebben geaffecteerd
- wij zouden hebben geaffecteerd
- jullie zouden hebben geaffecteerd
- zij zouden hebben geaffecteerd
Imperatief
- jij affecteer
- jullie affecteert