Vervoeging van binnenzeilen

Onbepaalde wijs (infinitief): binnenzeilen

Er is helaas geen Franse vertaling gevonden.

  • Onvoltooid tegenwoordige tijd

    • ik zeil binnen
    • jij zeilt binnen
    • hij/zij/het zeilt binnen
    • wij zeilen binnen
    • jullie zeilen binnen
    • zij zeilen binnen
  • Onvoltooid verleden tijd

    • ik zeilde binnen
    • jij zeilde binnen
    • hij/zij/het zeilde binnen
    • wij zeilden binnen
    • jullie zeilden binnen
    • zij zeilden binnen
  • Voltooid tegenwoordige tijd

    • ik heb binnengezeild
    • jij hebt binnengezeild
    • hij/zij/het heeft binnengezeild
    • wij hebben binnengezeild
    • jullie hebben binnengezeild
    • zij hebben binnengezeild
  • Voltooid verleden tijd

    • ik had binnengezeild
    • jij had binnengezeild
    • hij/zij/het had binnengezeild
    • wij hadden binnengezeild
    • jullie hadden binnengezeild
    • zij hadden binnengezeild
  • Toekomende tijd I

    • ik zal binnenzeilen
    • jij zult binnenzeilen
    • hij/zij/het zal binnenzeilen
    • wij zullen binnenzeilen
    • jullie zullen binnenzeilen
    • zij zullen binnenzeilen
  • Toekomende tijd II

    • ik zal binnengezeild hebben
    • jij zult binnengezeild hebben
    • hij/zij/het zal binnengezeild hebben
    • wij zullen binnengezeild hebben
    • jullie zullen binnengezeild hebben
    • zij zullen binnengezeild hebben
  • Conditionalis I

    • ik zou binnenzeilen
    • jij zou binnenzeilen
    • hij/zij/het zou binnenzeilen
    • wij zouden binnenzeilen
    • jullie zouden binnenzeilen
    • zij zouden binnenzeilen
  • Conditionalis II

    • ik zou hebben binnengezeild
    • jij zou hebben binnengezeild
    • hij/zij/het zou hebben binnengezeild
    • wij zouden hebben binnengezeild
    • jullie zouden hebben binnengezeild
    • zij zouden hebben binnengezeild
  • Imperatief

    • jij zeil binnen
    • jullie zeilt binnen