Vervoeging van hergeven
Onbepaalde wijs (infinitief): hergeven
Er is helaas geen Franse vertaling gevonden.
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik hergeef
- jij hergeeft
- hij/zij/het hergeeft
- wij hergeven
- jullie hergeven
- zij hergeven
Onvoltooid verleden tijd
- ik hergaf
- jij hergaf
- hij/zij/het hergaf
- wij hergaven
- jullie hergaven
- zij hergaven
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik heb hergeven
- jij hebt hergeven
- hij/zij/het heeft hergeven
- wij hebben hergeven
- jullie hebben hergeven
- zij hebben hergeven
Voltooid verleden tijd
- ik had hergeven
- jij had hergeven
- hij/zij/het had hergeven
- wij hadden hergeven
- jullie hadden hergeven
- zij hadden hergeven
Toekomende tijd I
- ik zal hergeven
- jij zult hergeven
- hij/zij/het zal hergeven
- wij zullen hergeven
- jullie zullen hergeven
- zij zullen hergeven
Toekomende tijd II
- ik zal hergeven hebben
- jij zult hergeven hebben
- hij/zij/het zal hergeven hebben
- wij zullen hergeven hebben
- jullie zullen hergeven hebben
- zij zullen hergeven hebben
Conditionalis I
- ik zou hergeven
- jij zou hergeven
- hij/zij/het zou hergeven
- wij zouden hergeven
- jullie zouden hergeven
- zij zouden hergeven
Conditionalis II
- ik zou hebben hergeven
- jij zou hebben hergeven
- hij/zij/het zou hebben hergeven
- wij zouden hebben hergeven
- jullie zouden hebben hergeven
- zij zouden hebben hergeven
Imperatief
- jij hergeef
- jullie hergeeft