Vervoeging van ineenzakken
Onbepaalde wijs (infinitief): ineenzakken
Er is helaas geen Franse vertaling gevonden.
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik zak ineen
- jij zakt ineen
- hij/zij/het zakt ineen
- wij zakken ineen
- jullie zakken ineen
- zij zakken ineen
Onvoltooid verleden tijd
- ik zakte ineen
- jij zakte ineen
- hij/zij/het zakte ineen
- wij zakten ineen
- jullie zakten ineen
- zij zakten ineen
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik ben ineengezakt
- jij bent ineengezakt
- hij/zij/het is ineengezakt
- wij zijn ineengezakt
- jullie zijn ineengezakt
- zij zijn ineengezakt
Voltooid verleden tijd
- ik was ineengezakt
- jij was ineengezakt
- hij/zij/het was ineengezakt
- wij waren ineengezakt
- jullie waren ineengezakt
- zij waren ineengezakt
Toekomende tijd I
- ik zal ineenzakken
- jij zult ineenzakken
- hij/zij/het zal ineenzakken
- wij zullen ineenzakken
- jullie zullen ineenzakken
- zij zullen ineenzakken
Toekomende tijd II
- ik zal ineengezakt zijn
- jij zult ineengezakt zijn
- hij/zij/het zal ineengezakt zijn
- wij zullen ineengezakt zijn
- jullie zullen ineengezakt zijn
- zij zullen ineengezakt zijn
Conditionalis I
- ik zou ineenzakken
- jij zou ineenzakken
- hij/zij/het zou ineenzakken
- wij zouden ineenzakken
- jullie zouden ineenzakken
- zij zouden ineenzakken
Conditionalis II
- ik zou zijn ineengezakt
- jij zou zijn ineengezakt
- hij/zij/het zou zijn ineengezakt
- wij zouden zijn ineengezakt
- jullie zouden zijn ineengezakt
- zij zouden zijn ineengezakt
Imperatief
- jij zak ineen
- jullie zakt ineen