Vervoeging van nazetten

Er is helaas geen Franse vertaling gevonden.

  • Onvoltooid tegenwoordige tijd

    • ik zet na
    • jij zet na
    • hij/zij/het zet na
    • wij zetten na
    • jullie zetten na
    • zij zetten na
  • Onvoltooid verleden tijd

    • ik zette na
    • jij zette na
    • hij/zij/het zette na
    • wij zetten na
    • jullie zetten na
    • zij zetten na
  • Voltooid tegenwoordige tijd

    • ik heb nagezet
    • jij hebt nagezet
    • hij/zij/het heeft nagezet
    • wij hebben nagezet
    • jullie hebben nagezet
    • zij hebben nagezet
  • Voltooid verleden tijd

    • ik had nagezet
    • jij had nagezet
    • hij/zij/het had nagezet
    • wij hadden nagezet
    • jullie hadden nagezet
    • zij hadden nagezet
  • Toekomende tijd I

    • ik zal nazetten
    • jij zult nazetten
    • hij/zij/het zal nazetten
    • wij zullen nazetten
    • jullie zullen nazetten
    • zij zullen nazetten
  • Toekomende tijd II

    • ik zal nagezet hebben
    • jij zult nagezet hebben
    • hij/zij/het zal nagezet hebben
    • wij zullen nagezet hebben
    • jullie zullen nagezet hebben
    • zij zullen nagezet hebben
  • Conditionalis I

    • ik zou nazetten
    • jij zou nazetten
    • hij/zij/het zou nazetten
    • wij zouden nazetten
    • jullie zouden nazetten
    • zij zouden nazetten
  • Conditionalis II

    • ik zou hebben nagezet
    • jij zou hebben nagezet
    • hij/zij/het zou hebben nagezet
    • wij zouden hebben nagezet
    • jullie zouden hebben nagezet
    • zij zouden hebben nagezet
  • Imperatief

    • jij zet na
    • jullie zet na

Verwijzingen

Bekijk 1 definitie(s) van nazetten