Vervoeging van ontleden
Onbepaalde wijs (infinitief): ontleden
Nederlands
Frans
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik ontleed
- jij ontleedt
- hij/zij/het ontleedt
- wij ontleden
- jullie ontleden
- zij ontleden
Présent
- j'analyse
- tu analyses
- il/elle analyse
- nous analysons
- vous analysez
- ils/elles analysent
Onvoltooid verleden tijd
- ik ontleedde
- jij ontleedde
- hij/zij/het ontleedde
- wij ontleedden
- jullie ontleedden
- zij ontleedden
Indicatif imparfait
- j'analysais
- tu analysais
- il/elle analysait
- nous analysions
- vous analysiez
- ils/elles analysaient
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik heb ontleed
- jij hebt ontleed
- hij/zij/het heeft ontleed
- wij hebben ontleed
- jullie hebben ontleed
- zij hebben ontleed
Indicatif passé composé
- j'ai analysé
- tu as analysé
- il/elle a analysé
- nous avons analysé
- vous avez analysé
- ils/elles ont analysé
Voltooid verleden tijd
- ik had ontleed
- jij had ontleed
- hij/zij/het had ontleed
- wij hadden ontleed
- jullie hadden ontleed
- zij hadden ontleed
Indicatif plus-que-parfait
- j'avais analysé
- tu avais analysé
- il/elle avait analysé
- nous avions analysé
- vous aviez analysé
- ils/elles avaient analysé
Toekomende tijd I
- ik zal ontleden
- jij zult ontleden
- hij/zij/het zal ontleden
- wij zullen ontleden
- jullie zullen ontleden
- zij zullen ontleden
Indicatif futur
- j'analyserai
- tu analyseras
- il/elle analysera
- nous analyserons
- vous analyserez
- ils/elles analyseront
Toekomende tijd II
- ik zal ontleed hebben
- jij zult ontleed hebben
- hij/zij/het zal ontleed hebben
- wij zullen ontleed hebben
- jullie zullen ontleed hebben
- zij zullen ontleed hebben
Indicatif futur antérieur
- j'aurai analysé
- tu auras analysé
- il/elle aura analysé
- nous aurons analysé
- vous aurez analysé
- ils/elles auront analysé
Conditionalis I
- ik zou ontleden
- jij zou ontleden
- hij/zij/het zou ontleden
- wij zouden ontleden
- jullie zouden ontleden
- zij zouden ontleden
Conditionnel présent
- j'analyserais
- tu analyserais
- il/elle analyserait
- nous analyserions
- vous analyseriez
- ils/elles analyseraient
Conditionalis II
- ik zou hebben ontleed
- jij zou hebben ontleed
- hij/zij/het zou hebben ontleed
- wij zouden hebben ontleed
- jullie zouden hebben ontleed
- zij zouden hebben ontleed
Conditionnel passé (1ère forme)
- j'aurais analysé
- tu aurais analysé
- il/elle aurait analysé
- nous aurions analysé
- vous auriez analysé
- ils/elles auraient analysé
Imperatief
- jij ontleed
- jullie ontleedt
Impératif
- tu analyse
- vous analysez