Vervoeging van detecteren
Onbepaalde wijs (infinitief): detecteren
Er is helaas geen Italiaanse vertaling gevonden.
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik detecteer
- jij detecteert
- hij/zij/het detecteert
- wij detecteren
- jullie detecteren
- zij detecteren
Onvoltooid verleden tijd
- ik detecteerde
- jij detecteerde
- hij/zij/het detecteerde
- wij detecteerden
- jullie detecteerden
- zij detecteerden
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik heb gedetecteerd
- jij hebt gedetecteerd
- hij/zij/het heeft gedetecteerd
- wij hebben gedetecteerd
- jullie hebben gedetecteerd
- zij hebben gedetecteerd
Voltooid verleden tijd
- ik had gedetecteerd
- jij had gedetecteerd
- hij/zij/het had gedetecteerd
- wij hadden gedetecteerd
- jullie hadden gedetecteerd
- zij hadden gedetecteerd
Toekomende tijd I
- ik zal detecteren
- jij zult detecteren
- hij/zij/het zal detecteren
- wij zullen detecteren
- jullie zullen detecteren
- zij zullen detecteren
Toekomende tijd II
- ik zal gedetecteerd hebben
- jij zult gedetecteerd hebben
- hij/zij/het zal gedetecteerd hebben
- wij zullen gedetecteerd hebben
- jullie zullen gedetecteerd hebben
- zij zullen gedetecteerd hebben
Conditionalis I
- ik zou detecteren
- jij zou detecteren
- hij/zij/het zou detecteren
- wij zouden detecteren
- jullie zouden detecteren
- zij zouden detecteren
Conditionalis II
- ik zou hebben gedetecteerd
- jij zou hebben gedetecteerd
- hij/zij/het zou hebben gedetecteerd
- wij zouden hebben gedetecteerd
- jullie zouden hebben gedetecteerd
- zij zouden hebben gedetecteerd
Imperatief
- jij detecteer
- jullie detecteert