Vervoeging van grootbrengen
Onbepaalde wijs (infinitief): grootbrengen
Er is helaas geen Italiaanse vertaling gevonden.
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik breng groot
- jij brengt groot
- hij/zij/het brengt groot
- wij brengen groot
- jullie brengen groot
- zij brengen groot
Onvoltooid verleden tijd
- ik bracht groot
- jij bracht groot
- hij/zij/het bracht groot
- wij brachten groot
- jullie brachten groot
- zij brachten groot
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik heb grootgebracht
- jij hebt grootgebracht
- hij/zij/het heeft grootgebracht
- wij hebben grootgebracht
- jullie hebben grootgebracht
- zij hebben grootgebracht
Voltooid verleden tijd
- ik had grootgebracht
- jij had grootgebracht
- hij/zij/het had grootgebracht
- wij hadden grootgebracht
- jullie hadden grootgebracht
- zij hadden grootgebracht
Toekomende tijd I
- ik zal grootbrengen
- jij zult grootbrengen
- hij/zij/het zal grootbrengen
- wij zullen grootbrengen
- jullie zullen grootbrengen
- zij zullen grootbrengen
Toekomende tijd II
- ik zal grootgebracht hebben
- jij zult grootgebracht hebben
- hij/zij/het zal grootgebracht hebben
- wij zullen grootgebracht hebben
- jullie zullen grootgebracht hebben
- zij zullen grootgebracht hebben
Conditionalis I
- ik zou grootbrengen
- jij zou grootbrengen
- hij/zij/het zou grootbrengen
- wij zouden grootbrengen
- jullie zouden grootbrengen
- zij zouden grootbrengen
Conditionalis II
- ik zou hebben grootgebracht
- jij zou hebben grootgebracht
- hij/zij/het zou hebben grootgebracht
- wij zouden hebben grootgebracht
- jullie zouden hebben grootgebracht
- zij zouden hebben grootgebracht
Imperatief
- jij breng groot
- jullie brengt groot