Vervoeging van indroppen
Onbepaalde wijs (infinitief): indroppen
Er is helaas geen Italiaanse vertaling gevonden.
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik drop in
- jij dropt in
- hij/zij/het dropt in
- wij droppen in
- jullie droppen in
- zij droppen in
Onvoltooid verleden tijd
- ik dropte in
- jij dropte in
- hij/zij/het dropte in
- wij dropten in
- jullie dropten in
- zij dropten in
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik heb ingedropt
- jij hebt ingedropt
- hij/zij/het heeft ingedropt
- wij hebben ingedropt
- jullie hebben ingedropt
- zij hebben ingedropt
Voltooid verleden tijd
- ik had ingedropt
- jij had ingedropt
- hij/zij/het had ingedropt
- wij hadden ingedropt
- jullie hadden ingedropt
- zij hadden ingedropt
Toekomende tijd I
- ik zal indroppen
- jij zult indroppen
- hij/zij/het zal indroppen
- wij zullen indroppen
- jullie zullen indroppen
- zij zullen indroppen
Toekomende tijd II
- ik zal ingedropt hebben
- jij zult ingedropt hebben
- hij/zij/het zal ingedropt hebben
- wij zullen ingedropt hebben
- jullie zullen ingedropt hebben
- zij zullen ingedropt hebben
Conditionalis I
- ik zou indroppen
- jij zou indroppen
- hij/zij/het zou indroppen
- wij zouden indroppen
- jullie zouden indroppen
- zij zouden indroppen
Conditionalis II
- ik zou hebben ingedropt
- jij zou hebben ingedropt
- hij/zij/het zou hebben ingedropt
- wij zouden hebben ingedropt
- jullie zouden hebben ingedropt
- zij zouden hebben ingedropt
Imperatief
- jij drop in
- jullie dropt in