Vervoeging van slechten
Onbepaalde wijs (infinitief): slechten
Er is helaas geen Italiaanse vertaling gevonden.
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik slecht
- jij slecht
- hij/zij/het slecht
- wij slechten
- jullie slechten
- zij slechten
Onvoltooid verleden tijd
- ik slechtte
- jij slechtte
- hij/zij/het slechtte
- wij slechtten
- jullie slechtten
- zij slechtten
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik heb geslecht
- jij hebt geslecht
- hij/zij/het heeft geslecht
- wij hebben geslecht
- jullie hebben geslecht
- zij hebben geslecht
Voltooid verleden tijd
- ik had geslecht
- jij had geslecht
- hij/zij/het had geslecht
- wij hadden geslecht
- jullie hadden geslecht
- zij hadden geslecht
Toekomende tijd I
- ik zal slechten
- jij zult slechten
- hij/zij/het zal slechten
- wij zullen slechten
- jullie zullen slechten
- zij zullen slechten
Toekomende tijd II
- ik zal geslecht hebben
- jij zult geslecht hebben
- hij/zij/het zal geslecht hebben
- wij zullen geslecht hebben
- jullie zullen geslecht hebben
- zij zullen geslecht hebben
Conditionalis I
- ik zou slechten
- jij zou slechten
- hij/zij/het zou slechten
- wij zouden slechten
- jullie zouden slechten
- zij zouden slechten
Conditionalis II
- ik zou hebben geslecht
- jij zou hebben geslecht
- hij/zij/het zou hebben geslecht
- wij zouden hebben geslecht
- jullie zouden hebben geslecht
- zij zouden hebben geslecht
Imperatief
- jij slecht
- jullie slecht