Vervoeging van tuien

Er is helaas geen Italiaanse vertaling gevonden.

  • Onvoltooid tegenwoordige tijd

    • ik tui
    • jij tuit
    • hij/zij/het tuit
    • wij tuien
    • jullie tuien
    • zij tuien
  • Onvoltooid verleden tijd

    • ik tuide
    • jij tuide
    • hij/zij/het tuide
    • wij tuiden
    • jullie tuiden
    • zij tuiden
  • Voltooid tegenwoordige tijd

    • ik heb getuid
    • jij hebt getuid
    • hij/zij/het heeft getuid
    • wij hebben getuid
    • jullie hebben getuid
    • zij hebben getuid
  • Voltooid verleden tijd

    • ik had getuid
    • jij had getuid
    • hij/zij/het had getuid
    • wij hadden getuid
    • jullie hadden getuid
    • zij hadden getuid
  • Toekomende tijd I

    • ik zal tuien
    • jij zult tuien
    • hij/zij/het zal tuien
    • wij zullen tuien
    • jullie zullen tuien
    • zij zullen tuien
  • Toekomende tijd II

    • ik zal getuid hebben
    • jij zult getuid hebben
    • hij/zij/het zal getuid hebben
    • wij zullen getuid hebben
    • jullie zullen getuid hebben
    • zij zullen getuid hebben
  • Conditionalis I

    • ik zou tuien
    • jij zou tuien
    • hij/zij/het zou tuien
    • wij zouden tuien
    • jullie zouden tuien
    • zij zouden tuien
  • Conditionalis II

    • ik zou hebben getuid
    • jij zou hebben getuid
    • hij/zij/het zou hebben getuid
    • wij zouden hebben getuid
    • jullie zouden hebben getuid
    • zij zouden hebben getuid
  • Imperatief

    • jij tui
    • jullie tuit