Vervoeging van verkrampen

Onbepaalde wijs (infinitief): verkrampen

Er is helaas geen Italiaanse vertaling gevonden.

  • Onvoltooid tegenwoordige tijd

    • ik verkramp
    • jij verkrampt
    • hij/zij/het verkrampt
    • wij verkrampen
    • jullie verkrampen
    • zij verkrampen
  • Onvoltooid verleden tijd

    • ik verkrampte
    • jij verkrampte
    • hij/zij/het verkrampte
    • wij verkrampten
    • jullie verkrampten
    • zij verkrampten
  • Voltooid tegenwoordige tijd

    • ik heb verkrampt
    • jij hebt verkrampt
    • hij/zij/het heeft verkrampt
    • wij hebben verkrampt
    • jullie hebben verkrampt
    • zij hebben verkrampt
  • Voltooid verleden tijd

    • ik had verkrampt
    • jij had verkrampt
    • hij/zij/het had verkrampt
    • wij hadden verkrampt
    • jullie hadden verkrampt
    • zij hadden verkrampt
  • Toekomende tijd I

    • ik zal verkrampen
    • jij zult verkrampen
    • hij/zij/het zal verkrampen
    • wij zullen verkrampen
    • jullie zullen verkrampen
    • zij zullen verkrampen
  • Toekomende tijd II

    • ik zal verkrampt hebben
    • jij zult verkrampt hebben
    • hij/zij/het zal verkrampt hebben
    • wij zullen verkrampt hebben
    • jullie zullen verkrampt hebben
    • zij zullen verkrampt hebben
  • Conditionalis I

    • ik zou verkrampen
    • jij zou verkrampen
    • hij/zij/het zou verkrampen
    • wij zouden verkrampen
    • jullie zouden verkrampen
    • zij zouden verkrampen
  • Conditionalis II

    • ik zou hebben verkrampt
    • jij zou hebben verkrampt
    • hij/zij/het zou hebben verkrampt
    • wij zouden hebben verkrampt
    • jullie zouden hebben verkrampt
    • zij zouden hebben verkrampt
  • Imperatief

    • jij verkramp
    • jullie verkrampt